Parallelsessies en Masterclasses

Virtual Reality (VR) biedt een veelbelovende oplossing voor psycho-educatie, waarbij kinderen op een interactieve en visueel aantrekkelijke manier worden betrokken. Met dit nieuwe interactieve VR-product van Auris, is het mogelijk om snel tot de kern te komen, waardoor kinderen met TOS-SH effectiever kunnen worden ondersteund. In deze minilezing wordt de toepassing van VR in de psycho-educatie van kinderen met TOS-SH besproken en ervaren.

Inhoud
Tijdens deze sessie zullen we de toepassing van Virtual Reality (VR) in de psycho-educatie voor kinderen met Taalontwikkelingsstoornis (TOS) of slechthorendheid presenteren. Deelnemers krijgen de kans om zelf te ervaren hoe VR wordt ingezet om kinderen inzicht te geven over de invloed van hun TOS of slechthorendheid binnen sociale situaties. We zullen demonstreren hoe VR kan helpen om snel tot de kern te komen en de voordelen van deze technologie toelichten, zoals verhoogde betrokkenheid en interactie. Daarnaast zullen we belangrijke aandachtspunten bespreken waar rekening mee moet worden gehouden bij het gebruik van VR in psycho-educatie.

Toepasbaarheid
Deze sessie richt zich op de praktische toepasbaarheid van Virtual Reality (VR) in de psycho-educatie voor kinderen met Taalontwikkelingsstoornis (TOS) en slechthorendheid. Na afloop van de sessie zullen deelnemers inzicht hebben in hoe VR effectief kan worden ingezet binnen hun werk om kinderen met TOS of slechthorendheid inzicht te geven in sociale situaties. Na de lezing zullen zij in staat zijn om VR zelfstandig toe te passen in hun eigen werk, waardoor ze direct kunnen profiteren van de innovatieve mogelijkheden die VR biedt voor psycho-educatie.

Doelgroep
De sessie is geschikt voor iedereen die direct werkt met kinderen met TOS of slechthorendheid. Het product is ontwikkeld voor kinderen vanaf ongeveer 10 jaar.

Verbinding met thema
Virtual Reality (VR) past perfect binnen het thema ‘In de Ban van Tijd’ door zijn vermogen om tijdsbesparend te werken en als een moderne oplossing te dienen voor complexe educatieve uitdagingen. VR biedt een innovatieve manier om snel tot de kern van te komen, waardoor kinderen met Taalontwikkelingsstoornis (TOS) ofslechthorendheid effectiever kunnen worden ondersteund. Deze technologie stelt ons in staat om hedendaagse oplossingen te implementeren die niet alleen efficiënt zijn, maar ook aansluiten bij de behoeften van de huidige generatie kinderen.

De aanleiding voor deze lezing ligt in mijn persoonlijke ervaring als volwassene met een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Pas later in mijn leven kreeg ik inzicht in waar ik al die jaren tegenaan liep. Deze herkenning bracht niet alleen rust, maar ook het verlangen om anderen te ondersteunen die in hetzelfde schuitje zitten. In mijn werk als TOS-buddy en mentor zie ik dagelijks hoe groot de behoefte is aan toegankelijke ondersteuning. Tegelijkertijd ontwikkelt technologie zich razendsnel, en blijken AI-tools zoals ChatGPT verrassend goed aan te sluiten bij de behoeften van mensen met TOS. Dat verdient aandacht.

Inhoud
In deze sessie neem ik deelnemers mee in mijn persoonlijke verhaal en mijn ontwikkeling als TOS-buddy. Ik laat zien hoe ik AI, met name ChatGPT, concreet inzet in mijn eigen leven met kenmerken van TOS – bijvoorbeeld bij het structureren van gedachten, voorbereiden van gesprekken, controleren van spelling en grammatica, en het ordenen van complexe informatie. Aan de hand van persoonlijke voorbeelden verkennen we samen hoe AI kan functioneren als een stille, open-minded assistent. De sessie is interactief, met ruimte voor vragen, reflectie en uitwisseling van ideeën.

Toepasbaarheid
Na deze sessie weet je hoe AI op een laagdrempelige manier kan worden ingezet ter ondersteuning van mensen met TOS. Je hebt voorbeelden gezien die toepasbaar zijn in je eigen praktijk en wordt uitgenodigd om in je organisatie na te denken over de inzet van technologie als aanvulling op begeleiding, zorg of onderwijs.

Doelgroep
De sessie is bedoeld voor professionals in zorg, onderwijs en begeleiding, zoals logopedisten, leerkrachten, intern begeleiders en ambulant begeleiders. De inhoud is toegankelijk voor zowel nieuwkomers als ervaren krachten, en vereist geen technische voorkennis.

Verbinding met thema
Tijd is een rode draad in het verhaal. Wat als je pas later ontdekt wat er speelde? Hoe helpt technologie om tijd in te halen of juist beter te benutten? En hoe gaan we als samenleving om met het tempo van ontwikkeling?

Communicatieve participatie gaat om het meedoen in sociale situaties waar communicatie nodig is. Bijvoorbeeld het uitpraten van een ruzie tijdens het spelen, of je mening geven in de klas. Voor kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) is dit niet vanzelfsprekend. In het ZonMw-project COMPARe zijn ouder- en leerkrachtvragenlijsten ontwikkeld voor kinderen met TOS (6-12 jaar), om inzicht te krijgen in hoe goed een kind kan meedoen in het dagelijks leven thuis en op school. De uitkomsten helpen professionals om samen met het kind, de ouders en leerkrachten behandeldoelen en handelingsadviezen op te stellen. COMPARe is een samenwerking tussen Auris, Kentalis, de NSDSK en de Hogeschool Utrecht.

Inhoud
Tijdens deze parallelsessie bespreken we hoe de vragenlijsten zijn ontwikkeld. De situaties in de lijsten zijn gebaseerd op interviews met ouders en leerkrachten van kinderen met TOS. Hun input is vertaald naar twee lijsten: één voor ouders en één voor leerkrachten. De lijsten zijn beoordeeld op begrijpelijkheid, volledigheid en bruikbaarheid door ouders, leerkrachten en professionals.

Toepasbaarheid
Na deze parallelsessie weet je voor welk doel de COMPARe vragenlijsten zijn ontwikkeld, wat ze meten en hoe je ze zelf kunt inzetten in je werkzaamheden.

Doelgroep
Deze sessie is bedoeld voor zorg- en onderwijsprofessionals die werken met kinderen met TOS van 6-12 jaar. Voorkennis is niet nodig.

Verbinding met thema
Het invullen van de COMPARe vragenlijsten kan voor professionals voelen als een activiteit die extra tijd vraagt, maar het kan ook iets opleveren. De vragenlijsten zijn geen checklist, maar een middel om gesprekken over communicatieve participatie te stimuleren. Waar zit de kracht van het kind en waar heeft het kind nog hulp bij nodig? Wat zijn de verschillende perspectieven op de communicatieve participatie van het kind? Het kan je helpen je behandeling of ondersteuning nog beter af te stemmen op het kind.

Auris houdt zich al een paar jaar bezig met het ontwikkelen van spraaktechnologie voor kinderen met spraak- taalproblemen. Spraaktechnologie kan van grote betekenis zijn in de toekomst van de logopedie op verschillende manieren, zoals bijvoorbeeld snellere diagnostiek.
Wij delen graag onze kennis en onze ervaring met spraaktechnologie zodat het voor iedereen binnen de sector bekend is, en we met elkaar kunnen sparren over de inzet hiervan. Zodat het iets wordt van ons allemaal.

Inhoud
Tijdens de presentatie willen we delen hoe spraaktechnologie ontwikkeld wordt en waarom en hoe het van betekenis zou kunnen zijn voor de logopedie.
We delen welke tools binnen Auris ontwikkeld worden in samenwerking met universiteiten, en hoe deze op dit moment ingezet worden bij Auris. Daarnaast wordt ingegaan op hoe het verzamelen van data de basis vormt voor het ontwikkelen van spraaktechnologie voor onze doelgroep, kinderen met TOS.

We zullen met de aanwezigen sparren over welke ideeën er leven over het uitbouwen van de spraaktechnologie. Bijvoorbeeld naar aanleiding van de inzet in de dagelijkse praktijk van vandaag en morgen, en hoe spraaktechnologie de logopedist van de toekomst nog meer kan ondersteunen bij bijv. diagnostiek, wachtlijsten en tekorten aan logopedisten.

Toepasbaarheid
Tijdens de presentatie word je op een laagdrempelige manier meegenomen in:
• Wat spraaktechnologie inhoudt, waar wij aan denken als het gaat om ondersteuning en mogelijkheden voor de logopedie en hoe de ontwikkeling van spraaktechnologie verloopt voor kinderen met een TOS.
• Welke tools er nu bestaan en hoe die nu al van ondersteuning kunnen zijn in de huidige werkwijze.
• Een verkenning van jullie wensen en behoefte rondom de mogelijkheden van spraaktechnologie.

Doelgroep
De presentatie is bedoeld voor alle professionals die het leuk vinden om wat te leren over de ontwikkeling van spraaktechnologie en de inzet hiervan door de (toekomstige) logopedist.
De presentatie is voor iedereen die hiernaar nieuwsgierig is, maar ook voor diegenen die denken ‘dat is niet aan mij besteed’, of ‘eng’ en ‘zo out of the box ben ik niet’, we nemen je graag mee in de mogelijkheden.

Verbinding met thema
Als er een vakgebied is wat in de ban is van tijd, dan zijn logopedisten dat. De tekorten binnen de logopedie zijn al voelbaar, de wachtlijsten langer dan ons lief is en professionals die opgeleid zijn voor kwalitatief goede en persoonlijke zorg, komen nu al in de knel.
Er is behoefte aan technologie die ondersteunt maar niet ten koste gaat van de huidige kwalitatieve en persoonlijke zorg.
We willen graag samen met logopedisten de nieuwste ontwikkelingen omarmen zodat zij hun werkplezier en werkethos behouden, maar bestand zijn tegen de toekomst en met de tijd mee kunnen.

In Nederland geldt sinds 2016 het VN-verdrag over de rechten van mensen met een beperking. Een belangrijke regel is dat mensen met een beperking de kans moeten krijgen om te werken als zij dat willen. Maar dit gaat niet voor iedereen met een beperking altijd even gemakkelijk. Daarom wordt onderzocht welke kansen en knelpunten mensen met een verworven beperking in horen én zien (bijvoorbeeld mensen met het syndroom van Usher) ervaren bij het vinden van werk, het hebben van werk en het stoppen van werk.

Inhoud
We vertellen over de resultaten uit ons literatuuronderzoek en focusgroep-onderzoek. De focusgroepen werden gehouden met mensen met een verworven beperking in horen én zien, met professionals die mensen met een beperking in horen en zien begeleiden in het arbeidsproces (o.a. jobcoaches) en met (voormalig) werkgevers. We presenteren welke knelpunten worden ervaren bij participatie op de arbeidsmarkt, maar gaan ook in op de kansen die er liggen. We gaan graag met jullie in gesprek over wat er anders kan.

Toepasbaarheid
De lezing zet aan tot nadenken en discussie over inclusie en participatie van mensen met een beperking op de arbeidsmarkt. Hoe kunnen we de werkomgeving toegankelijker maken? Wat kan ik doen als collega, als werkgever of als persoon met een beperking in horen én zien?

Doelgroep
De lezing is bedoeld voor belangstellenden die meer willen weten over knelpunten en kansen bij het vinden van werk, het hebben van werk en het stoppen van werk. Er is geen voorkennis of ervaringsniveau vereist.

Verbinding met thema
Eén van de kansen ligt in het maken van aanpassingen op het gebied van (werk)tijd: thuiswerktijd, reistijd en aantal uur per week. Voor mensen met een beperking in horen én/of zien kan het belangrijk zijn om voldoende tijd te bieden om de energiebalans in evenwicht te kunnen houden.

Van de ongeveer 1,3 miljoen dove en slechthorende mensen (DSH) in Nederland (SIRM-rapport, 2019) doen er jaarlijks zo’n 1600 DSH personen een beroep op de ZG-zorg (Heppe et al., 2022). Dat suggereert dat een grote groep geen psychosociale problemen ervaart. Toch blijkt uit onderzoek dat DSH personen wel problemen ervaren, vooral op sociaal en communicatief gebied. In veel van deze onderzoeken wordt uitsluitend gekeken naar de invloed van gehoorstatus, terwijl andere factoren ook van invloed zijn.
In de gecombineerde onderzoeksprojecten ‘Sociale Participatie’ en ‘Identiteit, Diversiteit en Inclusie’ willen we achterhalen hoe DSH-personen in het leven staan. De grootste uitdaging bij zo’n onderzoek is om voldoende respons te krijgen om iets te kunnen zeggen over de hele groep. Dit is in ons onderzoek goed gelukt. Meer dan 350 DSH personen hebben de vragenlijst ingevuld.

Inhoud
De analyse van de resultaten wordt in 2026 afgerond, maar we lichten tijdens deze presentatie alvast een tipje van de sluier op. We gaan graag met professionals in gesprek over in hoeverre zij de doelgroep met wie ze werken, herkennen in de resultaten van ons onderzoek. Of juist wat zij niet terugzien in onze resultaten en wel ervaren in de praktijk.

Toepasbaarheid
We willen met deelnemers in gesprek gaan over de diversiteit binnen de doelgroep toegelicht op basis van de eerste resultaten van ons project. Daarnaast laten we zien welke factoren (anders dan gehoor) nog meer een rol spelen bij identiteit en sociale participatie van DSH volwassenen.

Doelgroep
De lezing is toegankelijk voor alle deelnemers van het congres.

Verbinding met thema
In de jacht naar snelheid en efficiëntie werken we vaak op basis van aannames. In onze presentatie stappen we even uit de ban van deze tijd en kijken we voorbij gehoor als factor voor problemen bij sociale participatie en identiteit.

In de eerste maanden van het leven wordt de basis gelegd voor hoe we contact maken met anderen. Ouder-kindinteracties in deze vroege fase zijn subtiel maar fundamenteel: via oogcontact, gezichtsuitdrukking en aanraking stemmen ouder en kind zich voortdurend op elkaar af. Deze wederzijdse afstemming – ook wel synchronie genoemd – is cruciaal voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind en het ervaren van contact. Synchronie is niet alleen van belang in de vroege ouder-kindinteracties, maar ook bij oudere kinderen in het contact met leeftijdsgenoten en leerkrachten. Mensen voelen zich meer op hun gemak en begrepen wanneer lichaamstaal, emoties, spreektempo of reacties op elkaar zijn afgestemd. Het geeft vertrouwen en maakt dat de communicatie makkelijker verloopt. In deze lezing gaan we in op het belang synchronie in het contact met anderen en in de ontwikkeling van kinderen. Aan de hand van de onderzoeksresultaten van Kijk je ook mee?’, waarin we onderzoeken hoe synchronie zich manifesteert in de interactie tussen horende en dove/slechthorende baby’s en hun ouders tonen we hoe emotionele afstemming eruit ziet.

Inhoud
In deze sessie verkennen we het fenomeen synchronie binnen interacties tussen twee individuen. We analyseren wat er op micro-niveau gebeurt tussen interactiepartners, bijvoorbeeld in gezichtsuitdrukking en gedeeld kijken. Ter illustratie gebruiken we videomateriaal van ons onderzoeksproject Kijk je ook mee?. De sessie bevat ook een live demonstratie van een AI tool om emoties in gezichten te herkennen. Mensen uit het publiek mogen laten onderzoeken hoe expressief hun gezichtsuitdrukkingen zijn.

Toepasbaarheid
De lezing biedt inzicht in het belang van afstemming in interacties en het onderzoeken op van gedrag op micro-niveau. Dit vergroot het bewustzijn voor subtiele signalen in contact en benadrukt het belang van vertragen en reflecteren in een tijd van versnelling.

Doelgroep
Voor professionals en onderzoekers uit verschillende sectoren die geïnteresseerd zijn in afstemming in interacties.

Verbinding met thema
Synchronie is tijdsgebonden afstemming tussen interactiepartners. Door te vertragen en gedrag op microniveau te analyseren, krijgen we beter inzicht in deze afstemming. Tegelijkertijd benutten we AI om dit sneller en efficiënter in kaart te brengen. Zo laat deze lezing zien hoe tijdsbeleving, afstemming en technologie samenkomen binnen zorg, ontwikkeling en onderzoek.

Vriendschappen van dove en slechthorende jongeren in het regulier onderwijs

Dove en slechthorende (DSH) jongeren gaan steeds vaker naar het regulier onderwijs. Vriendschappen zijn van groot belang in het leven van deze jongeren. Voor DSH jongeren in het regulier onderwijs, waarin zij veelal omringd worden door horende klasgenoten is het niet altijd vanzelfsprekend om zulke vriendschappen aan te gaan. Eerder onderzoek laat zien dat DSH jongeren gemiddeld minder vrienden hebben dan hun horende leeftijdsgenoten.
Vriendschappen hoeven niet altijd wederkerig te zijn. Soms ervaart één iemand de relatie met een ander als vriendschap maar andersom niet. Daarbij is niet elke vriendschap wederkerig: soms beschouwt de één de ander als vriend, terwijl dit gevoel niet wederzijds is. Zulke eenzijdige vriendschappen zijn doorgaans minder stabiel en van lagere kwaliteit dan wederkerige vriendschappen. Bij DSH jongeren in het regulier onderwijs is hier nog nooit onderscheid in gemaakt. In onze studie onderzochten we daarom of er verschillen zijn tussen DSH jongeren in het voortgezet onderwijs en hun klasgenoten in het aantal wederkerige en eenzijdige vriendschappen.
En wie zijn die vrienden van de DSH jongeren eigenlijk? Lijken die veel op hen? Qua gedrag? Qua sociale status? Of qua andere kenmerken? Zoals goed kunnen presteren op school? Of goed zijn in sport? Mensen gaan vaker vriendschappen aan met anderen die op hen lijken. Maar wat betekent dit wanneer de hoorstatus een fundamenteel verschil vormt binnen de vriendschap? We analyseren in hoeverre DSH jongeren en hun horende vrienden op elkaar lijken binnen wederkerige vriendschappen, en vergelijken dit met vriendschappen tussen twee horende jongeren.

Inhoud
In de presentatie bespreken we de resultaten van dit onderzoek: hoeveel vrienden DSH jongeren hebben, wie hun vrienden zijn, en hoe hun vriendschappen zich verhouden tot die van klasgenoten. Tot slot reflecteren we op wat deze bevindingen kunnen betekenen voor sociale inclusie en passende ondersteuning van DSH jongeren in het regulier onderwijs.

Toepasbaarheid
Deze presentatie levert kennis op over de stand van zaken rondom vriendschappen van DSH jongeren in het regulier onderwijs en biedt mogelijkheden voor reflectie en samenwerking.

Doelgroep
Deze lezing is met name interessant voor ambulant begeleiders maar ook voor alle andere professionals of (ouders van) ervaringsdeskundigen die met de doelgroep DSH jongeren te maken hebben of krijgen.

Verbinding met thema
De groep DSH jongeren in het regulier onderwijs zal alleen maar groter worden, en vriendschappen zijn cruciaal voor het welbevinden van deze jongeren. We onderzoeken hoe het nu gaat om hopelijk handvatten te kunnen bieden voor de toekomst voor jongeren die moeite hebben met vriendschappen.

1. Cognitieve Gedragstherapie binnen de Vroegbehandeling voor kinderen en jongeren met een auditieve beperking.

2.
Bij kinderen en jongeren met een auditieve beperking komen vaker sociaal-emotionele en gedragsproblemen voor dan bij hun goedhorende leeftijdsgenootjes. In de reguliere GGZ ontbreekt echter vaak kennis van de invloed van een auditieve beperking op de ontwikkeling van kinderen en de mogelijkheid om goed af te stemmen op hun communicatieve behoeften. Binnen de Vroegbehandeling van Pento zijn we gestart met de inzet van Cognitieve Gedragstherapie om te komen tot een meer passend behandelaanbod voor deze kinderen.

3. Inhoud
In deze minilezing geven we je aan de hand van een aantal praktijkvoorbeelden een inkijkje in de mogelijkheden van Cognitieve Gedragstherapie bij de doelgroep kinderen en jongeren met een auditieve beperking.

4. Toepasbaarheid
Na deze minilezing heb je inzicht in de mogelijkheden van Cognitieve Gedragstherapie bij kinderen en jongeren met een auditieve beperking. Daarnaast ben je aan het denken gezet over het belang van een goede probleemanalyse voordat je start met een interventie.

5. Doelgroep
Deze minilezing is geschikt voor iedereen die werkt met kinderen en jongeren met een auditieve beperking en hun ouders.

6. Verbinding met thema
Hoe kunnen we kinderen en jongeren met een auditieve beperking en sociaal-emotionele of gedragsproblemen zo effectief mogelijk behandelen? Hoe behalen we de beste resultaten in zo kort mogelijke tijd? Deze vragen waren voor ons het startpunt voor de inzet van Cognitieve Gedragstherapie binnen de Vroegbehandeling. Eén van de verrassende inzichten die we hebben opgedaan: Juist door te vertragen wordt je behandeling efficiënter. Als hulpverleners willen we vaak direct helpen en is de verleiding groot om zo snel mogelijk met een interventie te starten. Het risico is dan aanwezig dat je interventie niet helemaal passend is, omdat je nog onvoldoende begrijpt waarom juist dit kind, in dit gezin, in deze situatie, deze klachten ontwikkeld heeft. Door bij de start van het traject meer tijd uit te trekken voor diagnostiek, kun je samen met ouders en kind komen tot een goed begrip van het ontstaan van de klachten en van de factoren die de klachten in stand houden. Zo kun je een passende interventie kiezen, waar mogelijk gebruikmakend van evidence/practice based technieken en uiteindelijk in minder tijd betere resultaten behalen.

Trots melden wij, de vier producten van Com-Pas zijn af! Deze producten kunnen jongeren met TOS en hun communicatiepartners helpen in voor hen lastige communicatieve situaties.

Inhoud
Een praatje maken, een gesprek voeren of een instructie volgen, zijn uitdagingen voor jongeren met TOS in het dagelijkse leven. De gesprekspartner gaat vaak te snel en de talige informatie vervliegt zodra het is uitgesproken. En de jongeren zelf moeten soms langer nadenken over hun antwoord. De Com-Pas helpt jongeren met TOS aan te geven wat ze nodig hebben in de communicatie. Bijvoorbeeld door te vragen om meer tijd of dat de ander langzamer kan praten.

In deze workshop krijgen deelnemers een inkijkje in de vier producten van de Com-Pas, namelijk de pas, website, training en app. Binnen Deelkracht zijn deze producten samen met jongeren met TOS vernieuwd.

Toepasbaarheid
Na deze workshop…
– weet je wat Com-Pas inhoudt en waar je informatie kunt vinden;
– heb je de app zelf uitgeprobeerd en weet je welke mogelijkheden de app heeft;
– heb je een indruk van de training Aan de slag met Com-Pas en weet je hoe je de training kunt inzetten in je werk;
– ben je geïnspireerd geraakt over Com-Pas als werkvorm bij psycho-educatie;
– weet je hoe je met jongeren met TOS in gesprek kunt gaan over de mogelijkheden van Com-Pas;

Zo kun je jongeren met TOS helpen en zelfstandiger maken!

Doelgroep
Professionals binnen zorg en onderwijs met de focus op kinderen ouder dan 10 jaar.

Er is geen kennis/ervaringsniveau vereist.

Verbinding met thema
De tijd schrijdt voort. Jongeren met TOS groeien op en willen steeds meer zelf ondernemen. In de razendsnelle en talige samenleving kan dit voor veel uitdagingen zorgen. Dit geldt voor hen én voor hun communicatiepartners. Dagelijks kunnen misverstanden, onbegrip en verkeerde verwachtingen ontstaan in contacten met anderen op school, stage, werk en in de vrije tijd.
Precies hiervoor is de Com-Pas ontwikkeld, passend bij wat de jongere met TOS op dat moment nodig heeft. Wil de jongere de Com-Pas app gebruiken of juist de pas of misschien allebei? Kan de jongere hier zelf mee aan de slag gaan of is het beter om eerst getraind te worden? In al deze behoefte voorzien de producten van Com-Pas.
De tijd is rijp, iedereen kan aan de slag met de Com-Pas!

Sport is van groot belang voor de ontwikkeling en het welzijn van kinderen. Toch ervaren kinderen met TOS vaak obstakels bij het deelnemen aan sportactiviteiten. Niet omdat ze niet willen, maar omdat ze de uitleg van trainers niet goed begrijpen of moeite hebben met communicatie en motoriek. Dit kan leiden tot frustratie, onzekerheid en uitsluiting.

Binnen Deelkracht project Levensloop is een RISE-module ontwikkeld om trainers, coaches en sportbegeleiders praktische handvatten te geven om hun begeleiding en communicatie af te stemmen op sporters met TOS. De module duurt ongeveer 30 tot 45 minuten, is laagdrempelig en flexibel in gebruik. Ze behandelt onderwerpen zoals het gedrag van kinderen met TOS tijdens het sporten, het samenwerken met ouders, en biedt tips voor het geven van training.

De kracht van deze module zit in het handelingsgerichte karakter: het gaat erom dat trainers weten wat ze kunnen doen. De module draagt zo bij aan een inclusieve sportomgeving waarin álle kinderen zich veilig en gezien voelen.

Inhoud
In deze sessie presenteren we de RISE-module: een digitale leeromgeving van ongeveer 30–45 minuten die trainers, coaches en sportbegeleiders ondersteunt in het begeleiden van kinderen en jongeren met een taalontwikkelingsstoornis (TOS). We nemen de deelnemers kort mee in de opbouw van de module en laten zien welke thema’s aan bod komen, zoals: het gedrag van kinderen met TOS tijdens sport, communicatie aanpassen als trainer, en samenwerken met ouders.

Daarnaast gaan we praktisch aan de slag. Deelnemers ervaren zelf een werkvorm uit de module, zodat ze direct voelen wat het effect is van heldere communicatie. Ook delen we ervaringen van sportcoaches die de module al gebruikten, en wat dat in de praktijk opleverde.

Toepasbaarheid
Na deze sessie weten deelnemers wat de RISE-module inhoudt en hoe deze ingezet kan worden om sportcoaches en begeleiders te ondersteunen in de omgang met kinderen met TOS. De deelnemers kunnen de module gericht aanbevelen aan ouders, sportverenigingen of andere betrokkenen in het netwerk van het kind.

De lezing geeft inzicht in de thema’s die in de module aan bod komen en laat zien op welke manier deze bijdraagt aan een inclusievere sportomgeving. Dit maakt het makkelijker voor deelnemers om hierover het gesprek aan te gaan met sportclubs of ouders, en om de juiste informatie door te geven.

De inhoud sluit aan bij de praktijk van zorg- en onderwijsprofessionals die werken met kinderen met TOS, en biedt een concrete, direct bruikbare aanbeveling voor betere afstemming tussen zorg, school en sport.

Doelgroep
Deze sessie is bedoeld voor professionals die werken met kinderen en jongeren met een TOS, zoals ambulant begeleiders (cluster 2), logopedisten, intern begeleiders, zorgcoördinatoren, gedragsdeskundigen, en andere zorg- en onderwijsondersteuners. Daarnaast is de lezing ook geschikt voor ouders/verzorgers van kinderen met TOS of familieleden.

De inhoud is laagdrempelig en praktisch van aard, en vereist geen specifieke voorkennis van TOS of sport. De lezing is geschikt voor zowel nieuwkomers in de sector als voor ervaren professionals die hun kennis willen verbreden. De focus ligt op het begrijpen van de RISE-module en het kunnen aanbevelen ervan aan ouders, sportclubs of andere betrokkenen, zodat zij de communicatie en begeleiding van kinderen met TOS kunnen verbeteren in sportcontexten.

Verbinding met thema
De RISE-module over sport en TOS sluit direct aan bij het congres thema “In de Ban van Tijd”, doordat het de druk en snelheid waarmee we vaak handelen in de sportcontext en de zorg voor kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) onder de loep neemt. In de sportwereld is er vaak weinig tijd om kinderen de juiste begeleiding te bieden, vooral wanneer ze moeite hebben met taal en communicatie. De RISE-module moedigt trainers aan om juist tijd te nemen voor duidelijke communicatie en het afstemmen van hun begeleiding op de behoeften van kinderen met TOS.

Een ander parallel punt is het idee van vertragen. In plaats van alles snel te willen oplossen, moedigt de RISE-module trainers aan om de tijd te nemen voor een dieper begrip van de kinderen die ze begeleiden. Dit is vergelijkbaar met het thema van het congres, dat reflectie en rust benadrukt als manieren om betere resultaten te behalen. Het vraagt om vertraging in de zin van zorgvuldige aandacht voor de communicatiebehoeften van kinderen met TOS, wat hen in staat stelt om beter te presteren en zich meer betrokken te voelen tijdens sportactiviteiten.

De RISE-module is ook een voorbeeld van hoe technologie (in dit geval e-learning) ons kan helpen om tijd efficiënter te benutten, zonder dat we de waarde van persoonlijke begeleiding verliezen.

Klik hier voor de link naar de nieuwe online lesmodule Sport & TOS.

Het Deelkrachtproject Meertalige Diagnostiek (DSH 0-5 jaar) richt zich op het verbeteren van de taaldiagnostiek voor meertalige jonge dove en slechthorende kinderen. Dit zijn kinderen die meerdere gesproken talen, of een gesproken taal naast een gebarentaal verwerven.

Een belangrijk instrument om goed zicht te krijgen op de meertalige situatie van een kind is de Anamnese Meertaligheid. Omdat er nog geen uniforme versie beschikbaar was voor dove en slechthorende kinderen, is er een vernieuwde versie ontwikkeld: het Vraaggesprek Meertaligheid DSH. Het instrument is toegespitst op de logopedische behandelsetting voor meertalige dove en slechthorende kinderen met ook aandacht voor gebarenaanbod.

Inhoud
In deze parallelsessie maken de deelnemers op een interactieve manier kennis met het Vraaggesprek Meertaligheid DSH. We bespreken de ontwikkeling van het instrument, waarbij we ook vertellen over de inbreng van cultuurtolken. Daarnaast laten we zien hoe logopedisten en klinisch linguïsten het instrument kunnen gebruiken om met ouders in gesprek te gaan over de meertalige omgeving van het kind en de wensen van ouders daarbij. Tot slot bespreken we het belang van herhaalde afname, zodat er een doorlopend gesprek met ouders gevoerd kan blijven worden over de meertalige opvoeding.

Toepasbaarheid
Professionals krijgen informatie hoe het Vraaggesprek Meertaligheid DSH en de bijbehorende handleiding is ontwikkeld en hoe ze het instrument in de praktijk kunnen gebruiken.

Doelgroep
Professionals die werken met meertalige dove en slechthorende kinderen van 0-5 jaar binnen de ZG-zorg.

Verbinding met thema
Het Vraaggesprek Meertaligheid DSH is een instrument wat past in deze tijd. In de ZG-zorg is een groot deel van de cliënten meertalig. Het is dus hoog tijd dat we goede instrumenten tot onze beschikking hebben om de zorg voor deze kinderen te verbeteren.

Morfosyntaxis (grammatica en morfologie) is een kernprobleem voor kinderen met TOS. Ze hebben bijvoorbeeld moeite met werkwoordsvervoeging of maken onvolledige zinnen. Uit enquête-onderzoek blijkt dat logopedisten van Auris en Kentalis behoefte hebben aan meer kennis en vaardigheden op het gebied van grammatica en spontane taalanalyse.

Professionals hebben weinig tijd voor het beoordelen van spontane taal. Er was bovendien nog geen goede beschrijving van de diagnostiek en behandeling van grammaticale problemen bij kinderen met TOS van 4 tot 12 jaar. Binnen het Deelkracht project Zicht op Zinnen is daarom de Handreiking Grammatica ontwikkeld. Een onderdeel van de handreiking is de Spontane TAalscreening Morfosyntaxis (STAM) om het uitwerken van spontane taal te stimuleren.

Inhoud
In deze sessie nemen we je mee door de handreiking Grammatica. Samen doorlopen we het stroomschema – de rode draad van de handreiking – aan de hand van casuïstiek van kinderen met TOS. We gaan daarbij ook in op de STAM aan de hand van voorbeelden uit de praktijk. Zo laten we zien hoe een verkorte spontane taalanalyse of taalscreening kan helpen bij het opstellen van behandeldoelen.

Toepasbaarheid
Na deze sessie heb je basiskennis verkregen over de inhoud en het gebruik van de Handreiking Grammatica en de taalscreening STAM. Hierna kun je je verder gaan verdiepen in de handreiking en de werkwijze binnen je team bespreken.

Doelgroep
Deze sessie is bedoeld voor logopedisten en klinisch linguïsten die werken met kinderen met TOS van 4 tot 12 jaar.

Verbinding met thema
Voor goede diagnostiek en behandeling van grammaticale problemen is spontane taalanalyse belangrijk. In de praktijk is er echter weinig tijd voor een volledige spontane taalanalyse. Met de Handreiking Grammatica en de verkorte taalscreening STAM hopen we dat professionals meer tijd aan grammatica gaan besteden.

Binnen de Vroegbehandeling van dove en slechthorende kinderen worden ouders onder andere begeleid in het stimuleren van de taalontwikkeling van hun kind. Hierbij wordt vaak geadviseerd om gebruik te maken van dagelijkse routines en activiteiten. Als je nieuwe vaardigheden toe kan passen in ‘real-life’ situaties, is de haalbaarheid en daarmee de kans van slagen groter. Ook weten we van dagelijkse routines en activiteiten dat ze faciliteren in de taalontwikkeling van het jonge kind. Ze bevatten voorspelbare, rijke en herhalende contexten. En dat is met name voor slechthorende kinderen belangrijk die meer uitdagingen ervaren in de ontwikkeling van gesproken taal. Verschillende routines en activiteiten lokken verschillende hoeveelheden en kwaliteit van taal uit. Waar we al het een en ander weten over ouderlijke taalinput bij slechthorende kinderen, hebben we nog weinig inzicht in de dagelijkse routines en activiteiten die hun taalervaringen vormen. Lokt elke activiteit evenveel taal en zelfde mate van diversiteit uit? Zijn de taalervaringen heel anders tijdens spel, voorlezen, opruimen of aankleden? In deze presentatie gaan we in op het belang van dagelijkse routines en activiteiten voor de taalontwikkeling van kinderen en bespreken we de resultaten van twee onderzoeken die daar specifiek naar hebben gekeken. Dus: tijd voor wat context!

Inhoud
De deelnemers krijgen meer inzicht in de gesproken taalervaringen van jonge slechthorende kinderen tijdens dagelijkse activiteiten en routines. Deze inzichten zijn ontleend aan de resultaten van het onderzoek Audiolistic dat we deden bij 18 kinderen die hoortoestellen dragen en het onderzoek Taal voor ToM waarbij onder andere gekeken is naar taalgebruik tijdens voorlezen en spel. Om de inzichten mee te kunnen nemen naar de praktijk zullen we praktische tips delen die professionals kunnen gebruiken in gesprekken met ouders om beter inzicht te krijgen in de taalomgeving, in de context van verschillende routines en activiteiten.

Toepasbaarheid
Met de inhoud van de lezing heeft de deelnemer nieuwe inzichten opgedaan over de taalervaringen van jonge slechthorende kinderen in verschillende dagelijkse routines en activiteiten. De deelnemer kan met een scherpere blik kijken naar de (invloed van de) context van activiteiten en routines waarin slechthorende kinderen taal leren. Dit kan extra richting bieden in het begeleiden van ouders in het interventieproces.

Doelgroep
De lezing is bedoeld voor allen die geïnteresseerd zijn in de gesproken taalervaringen van jonge slechthorende kinderen, maar de lezing zeer zeker ook interessant voor professionals die werken met kinderen met TOS.

Verbinding met thema
In de tweede helft van de vorige eeuw werd al aangetoond dat jonge kinderen taal leren in de context van terugkerende acties, locaties en voorwerpen. In dezelfde periode werd ‘family centredness’ (het belang van de familie en de omgeving voor het welzijn van het kind) steeds meer gepromoot binnen Vroegbehandeling. Toch werd er in studies in de tussentijd voornamelijk ingezoomd op interacties en taalinput zelf en niet zozeer op de context hiervan. Wij kijken door de loop van de dag naar de taalervaringen tijdens de verschillende routines en activiteiten.

Onderzoek toont aan dat dove en slechthorende leerlingen achterlopen in hun leesontwikkeling ten opzichte van horende leerlingen (e.g., Antia et al., 2020). Er is in de literatuur veel aandacht voor achterstanden op begrijpend lezen, maar ook op technisch lezen, het accuraat en vlot kunnen lezen van woorden, zijn er achterstanden bekend (e.g., Couvee et al., 2024; Harris et al., 2017). Om deze reden hebben we een interventiegame ontwikkeld om de technische leesvaardigheid van dove en slechthorende kinderen in groep 4 van het speciaal onderwijs te verbeteren. 31 kinderen hebben aan deze interventie deelgenomen.

Inhoud
In deze sessie worden de resultaten van de interventiestudie gepresenteerd. Ten eerste zal de theorie achter de interventie en dan de opzet van de interventie besproken worden. De resultaten laten zien dat kinderen vooruitgaan in hun technische leesvaardigheid na de interventie. Ook lezen kinderen woorden sneller en accurater tijdens het spelen van de interventiegame. Ten slotte komen de toepasbaarheid en verbeterpunten van de interventie aan bod.

Toepasbaarheid
Na deze sessie hebben heeft u kennis genomen van de resultaten van een leesinterventie bij dove en slechthorende kinderen in groep 4 van het speciaal onderwijs. Ook zullen eventuele handvatten voor het onderwijs gedeeld worden.

Doelgroep
Professionals (leerkrachten, logopedisten, ambulant begeleiders). Enige kennis van leesontwikkeling is vereist.

Verbinding met thema
Leesvaardigheid is van groot belang in de huidige samenleving, en blijft een aandachtspunt in het onderwijs voor dove en slechthorende leerlingen, ondanks de snelle technologische ontwikkelingen in bijvoorbeeld AI. Maar technologische ontwikkelingen kunnen ons ook juist helpen in het onderwijs en bij het ontwikkelen van interventies. We kunnen de voordelen van de huidige moderne tijd inzetten om bijvoorbeeld leesinterventies leuker te maken door game elementen toe te voegen.

In 2022 richtte ik een Green Team op, een groepje mensen die graag de zorg willen verduurzamen. De grote overstromingen in Duitsland, de Ardennen en (bijna) mijn ziekenhuis, deden mij beseffen dat het anders moet en kan. Én dat één persoon wel degelijk een verschil kan maken! Kom luisteren naar onze geslaagde initiatieven en briljante mislukkingen.

Inhoud
Tijdens de lezing krijg je een introductie tot de relatie tussen gezondheidszorg en klimaatverandering, met focus op duurzame praktijkvoorbeelden.
In het eerste deel, gericht op planetaire gezondheidskennis, wordt de impact van klimaatverandering op de gezondheidszorg belicht. Het tweede deel legt de nadruk op het handelingsperspectief, waarbij mitigatie- en adaptatiemaatregelen, zoals preventie en het oprichten van ‘green teams’, worden behandeld. Deze fase omvat ook de implementatie van planetary health in de dagelijkse praktijk, met voorbeelden om duurzame initiatieven te integreren binnen jouw organisatie.

Toepasbaarheid
Na deze lezing heb je kennis opgedaan over Planetary Health, weet je hoe je aan de slag kunt met verschillende tools om een betekenisvolle verandering hierin te maken en kies je zelf welke maatschappelijke rol je hierin wil opnemen. Kies je voor kartrekker of volger, wil je in jouw sector iets veranderen of ga je op persoonlijk vlak aan de slag? Ik presenteer je alle kleuren groen.

Doelgroep
Deze lezing is voor alle professionals. Mensen voor wie het een heel nieuw onderwerp is, leren hierbij de basis en mensen wie er al meer mee gedaan hebben, kunnen geïnspireerd worden door praktijkvoorbeelden of anderen inspireren met hun voorbeelden.

Verbinding met thema
Maak jij je wel eens zorgen over de toekomst? Ik ook. Bijna elke handeling die we nu doen, heeft impact op de klimaatverandering, op ons milieu. En als we nu stoppen met CO₂ uit te stoten dan duurt het nog jaren vooraleer de invloed daarvan stopt. Het verleden en het heden heeft op dat gebied een grote impact op onze toekomst. Het is dus de hoogste tijd en de grootste prioriTIJD om iets te doen. Want zowel voor jezelf, je patiënten, je kinderen in de klas als je eigen kinderen, wil je toch een gezonde, duurzame toekomst. En jij kan daar iets aan doen! Hoe? Volg mijn lezing en ik help je op weg.

De aanleiding is de manier waarop maatschappelijke ideologieën in de loop van de tijd invloed hebben gehad op hoe we kijken naar dove mensen en gebarentaal. Van het verbod op gebarentaal na het congres van Milaan in 1880 tot de officiële erkenning ervan in Nederland in 2021: dit proces laat zien hoe diepgewortelde overtuigingen langzaam kunnen veranderen, maar soms ook ineens kunnen kantelen door één zichtbaar moment. Die ontwikkeling raakt mij persoonlijk en maatschappelijk, en roept de vraag op: hoe beïnvloeden tijd en context onze ideeën over communicatie, identiteit en inclusie?

Het onderwerp is van belang omdat taal en communicatie bepalend zijn voor hoe mensen zich kunnen ontwikkelen, meedoen en gezien worden. De manier waarop we in Nederland dove mensen labelen, bijvoorbeeld als ‘CI-drager’, ‘slechthorend’ of ‘doof’, beïnvloedt hun zelfbeeld en de kansen die ze krijgen. Door stil te staan bij deze etiketten én bij de maatschappelijke normen die daaronder liggen, kunnen we bijdragen aan meer gelijkwaardigheid en helderheid voor toekomstige generaties. Het onderwerp raakt aan onderwijs, zorg, beleid en inclusie, en nodigt uit om samen verantwoordelijkheid te nemen voor een mentaliteitsverandering.

Inhoud
In mijn sessie geef ik eerst een korte lezing over hoe ideologieën rond doofheid en gebarentaal in de loop van de tijd zijn veranderd, met nadruk op de maatschappelijke impact van die veranderingen. Daarna betrek ik het publiek actief bij het thema door vragen te stellen over hun mening, verwachtingen en wat zij zelf anders zouden willen zien in de manier waarop we naar dove mensen kijken. Ik laat ook een kort filmpje zien over hoe er in de Verenigde Staten wordt omgegaan met diversiteit binnen de doven­gemeenschap. Vervolgens ga ik in op de Nederlandse situatie, waar labels als ‘doof’, ‘slechthorend’ of ‘CI-drager’ een sterke rol spelen. Dit vormt de basis voor een gezamenlijke reflectie en eventueel discussie over de impact van die labels op identiteit en inclusie.

Toepasbaarheid
De sessie nodigt uit tot reflectie én actie. De inzichten zijn direct toepasbaar op de eigen werkvloer: deelnemers worden zich bewuster van hun taalgebruik en de invloed daarvan op hoe kinderen (en volwassenen) naar zichzelf kijken. Het zet aan tot discussie binnen teams of organisaties over etiketten, communicatievoorkeuren en inclusie.
Daarnaast biedt het handvatten om samen te bouwen aan een omgeving waarin kinderen – ongeacht hun gehoorstatus of taalvoorkeur, de ruimte krijgen om hun identiteit te ontwikkelen en zelf te bepalen hoe ze willen communiceren. Kleine veranderingen in denken en doen kunnen op lange termijn grote impact hebben.

Doelgroep
De sessie is bedoeld voor een brede groep professionals die werken met kinderen met gehoorverlies of communicatieproblemen, zoals logopedisten, ambulant begeleiders, onderwijsprofessionals, gedragsdeskundigen, jeugdhulpverleners en beleidsmakers. De inhoud is toegankelijk voor zowel nieuwkomers in het werkveld als ervaren professionals.
Er is geen specifieke voorkennis vereist, maar enige affiniteit met inclusie, communicatie en ontwikkeling is een plus. De lezing biedt zowel een historisch perspectief als praktische inzichten die direct toepasbaar zijn in de dagelijkse praktijk.

Verbinding met thema
Deze sessie laat zien hoe tijd een bepalende rol speelt in maatschappelijke denkpatronen en hoe ideologieën over doofheid en gebarentaal in de loop der jaren zijn verschoven. Van het taboe op gebarentaal na 1880 tot de officiële erkenning ervan in 2020: deze ontwikkeling laat zien dat verandering vaak traag verloopt, maar soms in een oogwenk kan versnellen.
We staan stil bij de vraag hoe we in het hier en nu ruimte kunnen maken voor inclusieve keuzes, bijvoorbeeld in het taalgebruik op de werkvloer, in onderwijs en zorg. Door bewust te vertragen en stil te staan bij labels, verwachtingen en communicatievoorkeuren, creëren we tijd en ruimte voor kinderen om op te groeien met vertrouwen, identiteit en eigen regie. Daarmee sluit de lezing naadloos aan bij het thema: hoe benutten we tijd om tot echte verandering te komen?

De afgelopen decennia is de vroegtijdige opsporing en revalidatie van kinderen met gehoorverlies sterk geëvolueerd. Dankzij neonatale gehoorscreening, technologische vooruitgang en intensieve begeleiding doen veel jonge kinderen het in de eerste levensjaren opvallend goed. Toch blijkt uit de praktijk en literatuur dat deze kinderen blijvend risicokinderen zijn, zelfs wanneer hun ontwikkeling aanvankelijk probleemloos verloopt. Het belang van voldoende luistertijd, draagtijd en intensieve ouderbegeleiding is cruciaal om inclusief onderwijs mogelijk te maken.

Inhoud
Tijdens deze lezing wordt kort het revalidatietraject (m.i.v. het belang van luistertijd en draagtijd) van kinderen met gehoorverlies belicht. Daarnaast wordt besproken waarom kinderen met gehoorverlies, ondanks technologische hulpmiddelen, kwetsbaar blijven en hoe belangrijk blijvende opvolging is, ook wanneer kinderen het ogenschijnlijk goed doen.
De impact van gehoorverlies op lange termijn en de risico’s bij onvoldoende opvolging worden besproken, met aandacht voor taal-, leer- en sociaal-emotionele ontwikkeling. Tot slot wordt ingegaan op de rol van onderwijs: hoe scholen en leerkrachten, samen met ouders en zorgprofessionals, een krachtige, taalrijke en toegankelijke leeromgeving kunnen creëren die tegemoetkomt aan de blijvende noden van deze kinderen binnen inclusief onderwijs.

Toepasbaarheid
De deelnemers krijgen zicht op mogelijke problemen op lange termijn en leren hoe tijdige signalering, nauwe opvolging en samenwerking met ouders en scholen deze risico’s kunnen beperken.
Deelnemers krijgen praktische tips om risico’s te herkennen en passende interventies te bieden, zodat deze kinderen optimaal kunnen blijven ontwikkelen binnen een inclusieve leeromgeving.

Doelgroep
Deze lezing is bedoeld voor zorg- en onderwijsprofessionals die betrokken zijn bij de begeleiding van kinderen met gehoorverlies. Enige basiskennis over gehoorverlies en hoortechnologie is wenselijk, maar niet verplicht.

Verbinding met thema
Vroegtijdige detectie en een intensief revalidatietraject leggen de basis voor een optimale ontwikkeling, maar tijd blijft ook daarna van cruciaal belang. Kinderen met gehoorverlies blijven risicokinderen, omdat de impact van gehoorverlies en de beperkingen van technologie niet verdwijnen. Zonder blijvende opvolging kunnen taal-, leer- en sociaal-emotionele problemen sluimerend ontstaan.

• In de ban van de tijd. Onze snelle wereld vol taal. Taal die zo gauw vervliegt. En doorrrr… Hoe zal dat voelen voor de leerlingen (jong t/m oud) met wie jij werkt? De tijdsdruk. Die snelheid. De hoeveelheid taal. En voor hun ouders? In communicatie elkaar werkelijk kunnen horen, zien en begrijpen, lukt dat in deze tijd? Eerlijk?
• Hoe ondersteunend tekenen als visueel anker nodig is.Bewust vertragen. Taal én het sterke visuele brein aanspreken. Tijd maken door te vertellen én de belangrijkste boodschap ter plekke mee tekenen. Het kleinste visuele haakje dat dan ontstaat levert voor velen GOUD op. Let op: je tekent namelijk nooit alles mee. Je maakt keuzes.

Inhoud

• Het is tijd om in ons snelle en talige systeem het net even anders te doen. Bewust vertragen, bewust investeren in tijd en daarmee werelden vergroten met succeservaringen.
• Geen tijd. Geen tekentalent. Of ze zien mij al aankomen….” Geen excuses meer 😉
  Ik ga zaadjes planten rond ondersteunend tekenen om over evt. hobbels te stappen kansen te zien én te pakken. Die kleinste kans (het simpelste tekeningetje) kan megagroot zijn voor het kind met communicatieproblemen. De jongere met een vertraagde auditieve infoverwerking, de slechthorende in een klas vol horende kinderen. De leerling die alles begrijpt, maar niet zo snel bij zijn of haar taal komt, de ouder die vanuit wat ze al meegemaakt hebben ook meegenomen willen worden.
  Het belang van keuzes maken, voorbereiden, iets kleins ter plekke toevoegen aan een bestaande visual, erachter komen wat ondersteunend tekenen als hulpmiddel zoal kan opleveren. Op de groep, in de klas, in de les, tijdens kind- en/ of oudergesprekken, een MDO, een vergadering en … daar waar nodig.
  Vanuit mijn TOSinc. expertise ga je ervaren hoe deze vertraging juist essentieel is. De tijd even laten stilstaan om vervolgens samen verder te kunnen.
• Deze masterclass is gebaseerd op de praktijkervaringen vanuit TOSinc. ondersteunend tekenen. Je zult in deze 2 uur ook zelf mee tekenen. Want met alleen al met de toevoeging van een pijltje, cirkel, blokje of klein poppetje kun je de belangrijkste boodschap al ondersteunen! Ik zorg voor jouw tekenblokje met pen.

Toepasbaarheid
Je zult enorm geïnspireerd worden en een aantal concrete handvatten krijgen om vaker een klein tekeningetje ter plekke mee te tekenen in jouw werk en organisatie in te zetten. Ik hoop je zelfs aan te zetten tot reflectie en discussie binnen de eigen organisatie over de meerwaarde van deze vorm van visuele communicatie, in lijn met het thema ‘In de ban van tijd’.

Doelgroep
Deze Masterclass is waardevol voor professionals die werkzaam zijn met kinderen en/of jongeren (met een TOS, taalontwikkelingsstoornis) met auditieve en/of communicatieve beperkingen, denk ook aan meertalige leerlingen mee. Ben jij pedagogisch behandelaar, behandelcoördinator, speltherapeut, orthopedagoog, logopedist, ambulant begeleider, leerkracht, docent, IB-er, gezinsbegeleider, onderwijsassistent, teamcoördinator, manager of… Wees heel welkom. Er is geen specifieke voorkennis vereist; de inhoud is toegankelijk voor zowel nieuwe professionals als ervaren professionals.

Verbinding met thema
In het kader van het thema ‘in de ban van tijd’ wil je ik bewust leren vertragen met ondersteunend tekenen. Zo maak je tijd om elkaar echt te snappen, zeker als horen of taal een uitdaging is of te snel gaat. Maar ook voor jezelf. Door zo nu en dan tekeningetjes ter plekke toe te voegen als vanzelfsprekend aan taal. Die combinatie levert vervolgens meer verbinding op, verwerking, begrip, interactie en … Bewuster omgaan met je tijd middels ondersteunend tekenen. Niet de hele dag. Maar wanneer het ertoe doet. Vanuit het vuur in mijn buik nodig ik je uit! Denk alleen al aan die ene leerling voor wie ondersteunend tekenen zo betekenisvol kan zijn: Maak jij tijd?

Je rent van afspraak naar afspraak, probeert zo goed mogelijk je werk te doen en aan het eind van de dag voelt het alsof je hoofd een overvolle inbox is.
Onderwijs- en zorgprofessionals werken onder constante tijdsdruk en schakelen de hele dag door. Dit zorgt voor stress, maar ook voor minder focus en connectie in de interacties met leerlingen, cliënten en collega’s. Maar wat als er een simpele manier is om binnen één minuut rust en helderheid te krijgen?
Die leer je in deze interactieve en theatrale sessie.

Inhoud
In deze sessie ontdek je een super praktisch 3-stappenplan, om in no-time van een vol hoofd naar een kalme, gefocuste “staat van zijn” te gaan.
Geen zweverige technieken, geen ingewikkelde meditaties, maar een concrete methode die je altijd en overal in je broekzak hebt en direct kunt toepassen.
Binnen 1 minuut kun je schakelen van overprikkeld zijn naar rust, zodat je met meer energie je werk kunt doen.

Wat haal je hier concreet uit?

• Je leert hoe je direct rust creëert, zelfs in de drukste momenten.
  (zoals bij overvolle to-do-lijsten, moeilijke oudergesprekken, kritiek van een collega of afspraken die anders verlopen dan verwacht.)
• Je ontdekt hoe je mentale ruis opruimt en weer helder kunt denken.
• Je ervaart hoe je binnen 1 minuut je stressreacties kunt beïnvloeden.
• Je krijgt een eenvoudige tool aangereikt, die je dagelijks kunt gebruiken in je werk, maar natuurlijk ook in je privéleven goed te gebruiken is.

Toepasbaarheid
Tijdens deze sessie pas je de stappen direct toe, zodat je meteen voelt hoe goed het werkt. Na afloop kun je de methode onmiddellijk inzetten in interacties met leerlingen, cliënten en collega’s in je dagelijkse praktijk.

Je ontdekt waarom je brein soms overloopt en wat je meteen kunt doen om dat te stoppen. Je krijgt inzichten uit de psychologie en stressregulatie, maar op een manier die praktisch en behapbaar is.

Gaat dit iets veranderen in organisaties?
Absoluut. Stel je voor dat iedereen in je team binnen een minuut van chaos naar kalmte kan gaan. Dat gesprekken en vergaderingen effectiever worden. Dat collega’s en leerlingen minder gestrest reageren. Dit 3-stappenplan kan een gamechanger zijn voor de werkcultuur.

Achtergrond:
Deze methode is door mij persoonlijk ontwikkeld n.a.v. honderden gesprekken gevoerd te hebben de afgelopen 15 jaar met mensen die graag met meer rust en zelfvertrouwen in hun leven willen staan. Telkens kwam naar voren dat men zocht naar een praktische methodiek, die direct toepasbaar is. (Er is geen yogamat voor nodig of extra tijd invoegen in je agenda om te moeten mediteren.) Een gehaaste maatschappij kun je namelijk niet veranderen, hoe je er zelf mee omgaat wel.

Doelgroep
Voor onderwijs- en zorgprofessionals die in korte tijd meer rust en focus willen. De methode is toegankelijk voor zowel beginners als ervaren professionals en vereist geen voorkennis.

Verbinding met thema
Tijd is een kostbaar en waardevol cadeau waar we zuinig op moeten zijn. In deze sessie leer je dan ook jouw tijd te waarderen en de kwaliteit van jouw tijd te verbeteren. In plaats van achter de feiten aan te hollen, leer je zelf je regie weer terug te pakken over jouw eigen tijd.

We zitten midden in een technologische versnelling. Generatieve AI is niet meer alleen iets voor IT’ers of techbedrijven. Het duikt op in klaslokalen, op kantoor, in onze apps en zelfs in gesprekken thuis aan de keukentafel. De trein is al vertrokken en veel mensen vragen zich af: wanneer stap ik in?

AI verandert de manier waarop we communiceren, creëren en beslissen. In het werkveld zie je dat medewerkers zoeken naar balans: wat mag, wat kan en wat moet ik ermee? Tegelijkertijd merken we privé dat kinderen ermee spelen, partners het gebruiken voor vakanties plannen of recepten zoeken, en sommigen zelfs AI raadplegen voor mentale steun. Het raakt ons allemaal, en daarom moet het besproken worden.

Inhoud
In deze Masterclass neem ik je mee in de dagelijkse realiteit van AI. Geen futuristische voorspellingen, maar voorbeelden van nú: hoe mensen AI gebruiken in werk en privé, en wat dat met hen doet. Ik laat je reflecteren op je eigen gebruik, laat veel zien. Geen saaie presentatie, maar een interactieve lezing met ruimte voor herkenning en verwondering

Toepasbaarheid
Na deze lezing kijk je met andere ogen naar je eigen werkdag. Je krijgt praktische voorbeelden mee van hoe AI al ingezet wordt in zorg, onderwijs, overheid en het dagelijks leven. Je kunt direct met collega’s het gesprek aangaan over kansen, risico’s en grenzen. Niet alles hoeft morgen anders, maar niets doen is ook geen optie meer. Deze sessie helpt je om tijd te nemen om na te denken over… tijd.

Doelgroep
Deze lezing is bedoeld voor alle professionals die nieuwsgierig zijn naar de impact van AI, ongeacht sector of functie. Er is geen technische voorkennis nodig – wel de bereidheid om kritisch en open te kijken naar veranderingen in werk en leven. Niveau: voor nieuwsgierige beginners én denkers die verder willen dan hype of angst.

Verbinding met thema
AI verandert onze relatie met tijd. Het versnelt werk, bespaart tijd, maar roept ook de vraag op: waar gebruik ik mijn tijd nog voor? Wat laat ik automatiseren, wat doe ik bewust zelf? Deze lezing daagt deelnemers uit om opnieuw na te denken over tijdsbesteding, waardevolle aandacht, en de menselijke maat in een wereld vol ‘slimme’ systemen.

In het speciaal onderwijs, en zeker binnen cluster 2, staan professionals dagelijks voor complexe keuzes. Tegelijkertijd ervaren zij een groeiende druk op hun tijd. Hoe zorg je ervoor dat de beschikbare kennis uit onderzoek en praktijk niet als extra ballast voelt, maar juist helpt om de beschikbare tijd effectiever in te zetten? Vanuit programmalijn 1 en 3 van het programma Passend & Inclusief verkennen we hoe Evidence Informed Werken (WEIS) concreet kan bijdragen aan kwaliteitsverbetering én tijdwinst in het primair proces.

Inhoud
In deze masterclass wordt Evidence Informed Werken belicht als praktische benadering waarmee professionals hun handelen onderbouwen én verrijken.
We nemen deelnemers mee in de inzichten en ervaringen die vooral binnen programmalijn 1 en 3 zijn opgedaan.
De masterclass wordt opgebouwd rond herkenbare praktijkdilemma’s uit het cluster 2-onderwijs. Deelnemers worden actief betrokken in het verkennen van hoe zij deze met inzet van evidence en praktijkkennis kunnen aanpakken.
De sessie biedt ruimte voor reflectie, uitwisseling en interactie, met bijdragen vanuit verschillende programmalijnen

Toepasbaarheid
Na afloop van de masterclass hebben deelnemers inzicht in hoe zij Evidence Informed Werken (kunnen) inzetten om tijd en energie in hun praktijk gerichter te besteden. Ze krijgen concrete voorbeelden en handvatten aangereikt om WEIS binnen de eigen school of organisatie toe te passen. Daarnaast wordt hen een breder perspectief geboden op hoe binnen Passend & Inclusief wordt gewerkt aan de versterking van het primair proces.

Doelgroep
De masterclass richt zich op praktijkprofessionals in het cluster 2-onderwijs (VSO, SO), zoals leerkrachten, logopedisten, gedragswetenschappers, intern begeleiders, ambulant begeleiders, schoolleiders en beleidsmakers. De inhoud is geschikt voor deelnemers met verschillende niveaus van ervaring met Evidence Informed Werken: zowel voor nieuwkomers als voor gevorderden biedt de masterclass inspiratie en verdieping.

Verbinding met thema
De masterclass sluit aan bij het congres-thema door te laten zien hoe Evidence Informed Werken professionals juist helpt om slimmer met tijd om te gaan. Door beschikbare kennis en data bewust in te zetten, kunnen professionals effectiever en gerichter handelen in een context waar tijd vaak schaars is. Het stelt hen in staat om beter afgewogen keuzes te maken in het belang van hun leerlingen én hun eigen werkdruk te verlagen.

De aanleiding voor het onderwerp van deze masterclass is het feit dat ik na meer dan 40 jaar gewerkt te hebben in onderwijs en begeleiding van kinderen met gehoorverlies, met pensioen ga. In die 4 decennia is er ontzettend veel veranderd in onderwijs en begeleiding en dit op allerlei domeinen: visie, technologie, didactiek, Dovengemeenschap,… Het is ook zeer belangrijk om te weten wat er in het verleden is gebeurd om de huidige manier van werken te begrijpen en om de kwaliteit van onderwijs en begeleiding in de toekomst nog te verbeteren.

Inhoud
Tijdens deze masterclass zullen tal van ontwikkelingen besproken worden (van verleden, naar heden en toekomst), die allemaal een impact hebben (gehad) op het onderwijs en de begeleiding van leerlingen met gehoorverlies. Wij denken hierbij aan de ontwikkelingen op vlak van:
-de visie op onderwijs en inclusie
-de technologie: hoorapparaten, CI, hulpmiddelen, spraak-naar tekst,… en impact van AI naar toekomst
-de ontwikkelingen binnen operatie en afregeling van cochleaire implantaten
-de gewijzigde populatie van leerlingen met gehoorverlies
-het algemeen en schools functioneren van de leerlingen met gehoorverlies
-de aandachtspunten binnen onderwijs & begeleiding

Toepasbaarheid
De inhoud van deze masterclass verruimt je kennis op vlak van onderwijs en begeleiding van leerlingen met gehoorverlies. Vanuit de ervaringen uit het verleden, krijg je beter inzicht in de huidige ondersteuningsbehoeften van onze leerlingen in speciaal en regulier onderwijs. De opgedane kennis is onmiddellijk inzetbaar in je eigen werksituatie en kan daar aanleiding zijn tot gesprek en discussie om de eigen werking te optimaliseren.

Doelgroep
Deze masterclass richt zich heel breed op eenieder die werkzaam is in het onderwijs of de begeleiding van kinderen met gehoorverlies en dit in de leeftijdsgroep van 0-18 jaar.

Verbinding met thema
De verbinding met het congresthema ‘In de ban van de tijd’, ligt voor de hand doordat deze sessie zich zowel richt op het verleden, het heden als op de toekomst van het onderwijs en de begeleiding van leerlingen met gehoorverlies.

Hoe zorgen we ervoor dat dove en slechthorende (DSH) leerlingen in het regulier onderwijs op tijd in beeld zijn – én blijven? Nu steeds meer leerlingen met een ondersteuningsbehoefte instromen in reguliere scholen, wordt het zicht houden op deze specifieke groep een gedeelde verantwoordelijkheid.

Inhoud
In deze interactieve masterclass gaan we niet iets ‘halen’, maar brengen we praktijkervaringen samen. We verkennen hoe we als professionals – vanuit zorg, onderwijs en begeleiding – elkaar beter kunnen vinden om leerlingen vanaf het moment van diagnose in beeld te krijgen én te houden. Goed zicht ontstaat niet vanzelf, maar vraagt om vroegtijdige afstemming, gezamenlijke verantwoordelijkheid en samenwerking over de grenzen van functies en organisaties heen.

Toepasbaarheid
Aan de hand van casussen en praktijkvoorbeelden zoeken we samen naar wat werkt, waar de gaten vallen en hoe we elkaar kunnen versterken. Daarbij werken we evidence informed: de inzichten die we samenbrengen toetsen we aan bestaande kennis uit praktijk, context en onderzoek. Zo bouwen we niet alleen op ervaring, maar ook op wat werkt in vergelijkbare situaties.

Het is dus geen Masterclass waar je antwoorden komt halen, maar waar we gezamenlijk op zoek gaan naar wat werkt.

Doelgroep
Deze Masterclass is bedoeld voor iedereen die vanuit de praktijk betrokken is bij de begeleiding van DSH-leerlingen in het regulier onderwijs.

Verbinding met thema
Samen maken we tijd voor zicht op onze DSH-leerlingen, nu en in de toekomst.

Kinderen die voor hun vierde jaar op een behandelgroep voor TOS hebben gezeten, hebben iets met elkaar gemeen: ze hadden allemaal vroege taalproblemen. Maar na de behandelgroep gaat ieder kind zijn of haar eigen weg. Sommigen maken nog gebruik van de zorg of van het onderwijs in cluster 2, voor anderen is dit niet meer nodig. Wat maakt dat dit zo is? Welke factoren dragen bij aan hoe zij zich voelen? Of aan het onderwijstype waar zij naartoe gaan? Binnen Taal in Zicht volgen we 600 kinderen die op onze behandelgroepen hebben gezeten 20 jaar lang en proberen we antwoord te geven op deze (en nog veel meer) vragen.

Inhoud
We vertellen je wat het doen van langlopend onderzoek inhoudt en we gaan in op resultaten van een aantal momenten waarop deelnemende ouders en/of kinderen zijn bevraagd. We geven inzicht in hoe de taalvaardigheid er op het 4e jaar en in groep 5 uitziet. Hoeveel kinderen hebben nog taalproblemen en welke diagnoses hebben zij? Ook delen we informatie over voorspellers betreffende het sociaal-emotioneel functioneren en de kwaliteit van leven van de kinderen en de ontwikkeling van de kinderen op deze domeinen. Er is voldoende ruimte voor uitwisseling en het geven van input voor volgende meetmomenten.

Toepasbaarheid
Deze masterclass verbreedt je kennis over de ontwikkeling van kinderen na het verlaten van de behandelgroep.

Doelgroep
Iedereen die werkt met kinderen met TOS en met interesse in langlopend onderzoek.

Verbinding met thema
Naarmate de tijd verstrijkt kan Taal in Zicht inzicht geven in de paden die de deelnemers bewandelen op talig, cognitief en sociaal-emotioneel gebied en de praktijk versterken met deze nieuwe kennis.

Deze Masterclass is geannuleerd.

Taal hebben we overal voor nodig. Om ons te verbinden met de ander, de wereld om ons heen en onze binnenwereld. Met sociale taal communiceren we met de buitenwereld, met innerlijke taal communiceren we met onszelf. Taal in het kwadraat. Kinderen, jongeren en volwassenen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) hebben minder taal tot hun beschikking. Dit maakt hun wereld klein. Hoe kunnen we de wereld van kinderen en jongeren met TOS groter maken op basis van empirisch en theoretisch onderbouwde inzichten? En hoe kunnen we de wereld zo ontwerpen dat mensen met TOS gelijkwaardig kunnen participeren? Tijdens deze masterclass kijken we naar TOS door een neuropsychologische bril. Die bril maakt de samenhang zichtbaar tussen de stoornissen, beperkingen en participatieproblemen van mensen met TOS. Inzicht in het samenspel tussen (innerlijke) taal, executieve controle, Theory of Mind en factoren in de omgeving en de ontwikkeling van het kind leiden tot nieuwe vormen van diagnostiek, zorg en onderwijs.
Muziek en vooral zingen is van grote waarde om de ontwikkeling van taal, executieve functies, Theory of Mind te stimuleren bij kinderen met TOS. Muziek kan een toegangspoort zijn naar binnen en naar buiten. Muziek kan de verbinding met de eigen binnenwereld en de wereld van de ander versterken en zo een bouwsteen vormen voor een grotere wereld voor kinderen met TOS. Daarom brengen we tijdens deze masterclass het belang van zingen voor kinderen met TOS naar voren en presenteren we naast eerste empirische resultaten over de effecten van meer muziek op school ook concrete handvatten om meer te zingen met kinderen met TOS.

Inhoud
We lichten het neuropsychologisch perspectief op TOS kort toe en ga dan in op het belang van muziek en in het bijzonder zingen voor de cognitieve en ook sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen met TOS.
▪ Wat kun je met de inhoud van deze masterclass?
Inzicht in het belang van zingen voor kinderen met TOS.
▪ Kun je daarna iets toepassen?
Handvatten voor de inzet van zingen in de klas met kinderen met TOS.

We presenteren empirische bevindingen over de impact van koorlessen binnen groep 6 en 7 van een Kentalis school op de cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen met TOS.

Toepasbaarheid
▪ Wat kun je met de inhoud van deze masterclass?
Inzicht in het belang van zingen voor kinderen met TOS.
▪ Kun je daarna iets toepassen?
Handvatten voor de inzet van zingen in de klas met kinderen met TOS.

Doelgroep
Er is geen niveau vereist. De masterclass is bedoeld voor collega’s uit zorg en onderwijs die een rol spelen in de diagnostiek en behandeling van kinderen met TOS.

Verbinding met thema
Middels de inzet van zingen in de klas wordt de tijd die kinderen met TOS op school door brengen nog waardevoller: het zet hun brein aan waardoor ze alerter zijn en hun cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling gestimuleerd wordt.

Voor iedereen die nieuwsgierig is naar de toekomst. We gaan aan de slag met toekomstdenken en een verkenning van de mogelijke toekomstscenario’s. Hierbij geven we een inkijkje van wat er op ons af komt qua technologische en maatschappelijke ontwikkelingen. Samen brainstormen we over de kansen en uitdagingen die dit mogelijk opleveren.

Inhoud
We vertellen de basis van het toekomstdenken (wat is het, waarom doen we het), welke ontwikkelingen we kunnen verwachten en daarna gaan we zelf aan de slag met het toekomstscenario van de zorg, diagnostiek en onderwijs voor personen met een gehoorverlies en een taalontwikkelingsstoornis. Hoe ziet de wereld eruit over 5 of 10 jaar? En wat betekent dat voor onze doelgroep en ons werk?

Toepasbaarheid
Je leert hoe je kan nadenken over de toekomst en waarom dit nuttig is. Daarna gaan we aan de slag om samen de mogelijke toekomstscenario’s te schetsen. Denk jij bijvoorbeeld aan een toekomstscenario waarin meer ruimte is om te vertragen en reflecteren, of een toekomst zonder wachttijden en een soepele doorstroming, of een wereld waarin AI en technologie de overhand heeft. We gaan gezamenlijk aan de slag met verschillende scenario’s zodat jij weet waar je je mogelijk op kan voorbereiden. Je toekomst denken is geactiveerd. Hierna kan jij je beter voorbereiden op de toekomst, je wordt je bewust van je eigen aannames en ziet verschillende toekomstscenario’s. Kortom je wordt toekomstbehendig!

Doelgroep
Deze sessie is voor iedereen die nieuwsgierig is naar de toekomst. Hierbij is geen specifieke kennis of ervaring noodzakelijk. Een open blik helpt :).

Verbinding met thema
Door nu de tijd te nemen om stil te staan bij de toekomst, neem jij regie over de tijd die komt. Wij zijn zelf aan zet om de toekomst vorm te geven.

Nieuwkomers in de tienerleeftijd gaan naar een internationale schakelklas (ISK), waar ze intensief ondersteund worden bij het leren van het Nederlands als tweede taal (NT2). Er is grote variatie in de mate waarin deze tieners zich het Nederlands eigen maken. Waar de meeste leerlingen aanzienlijk vooruitgaan, blijft een kleine groep achter. Het inschatten van het leerpotentieel van een ISK-leerling blijkt echter moeilijk, en voor nieuwkomers die na hun 12e naar Nederland komen, is er geen protocol en effectief begeleidingsaanbod voor TOS. Hoe kunnen we ernstige taalproblemen bij deze tieners toch vroeg herkennen en ondersteunen?

Inhoud
In deze parallelsessie presenteren we de resultaten van wetenschappelijk onderzoek, uitgevoerd in samenwerking met Vitus Zuid. We gaan in op de verschillen tussen vertraagde versus verstoorde NT2-ontwikkeling bij tieners. Ook presenteren we een eerste versie van ons screeningsprotocol voor TOS bij nieuwkomers in de tienerleeftijd, inclusief onze pilot voor een intensieve interventie gemaakt door ambulant begeleiders.

Toepasbaarheid
In de sessie doe je nieuwe kennis op over het signaleren van TOS bij NT2-leerlingen in de tienerleeftijd. We hopen dat de inhoud inspireert en aanzet tot nadenken over de adolescente doelgroep: wanneer is iets NT2 en wanneer (mogelijk) TOS, en hoe onderbouw je dit?

Doelgroep
De sessie is relevant voor professionals die werken met of affiniteit hebben met meertalige tieners (12+) met en zonder TOS, vooral nieuwkomers. Voorkennis of ervaring is niet vereist.

Verbinding met thema
De laatste jaren worden gekenmerkt door een toenemende stroom van migranten naar Nederland. De jongeren onder hen moeten binnen twee jaar de Nederlandse taal leren beheersen om mee te kunnen doen in Nederlands onderwijs. Maar is dat realistisch? Hoe lang moeten we wachten voordat we stagnatie in de NT2-ontwikkeling constateren, en wat voor hulp bieden we dan? Deze vragen staan centraal in onze minilezing en raken direct aan het thema “In de Ban van Tijd”.

Hoe kunnen we inclusief onderwijs écht dichtbij huis organiseren voor leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften? In deze deelsessie nemen Eva (inclusie coördinator PO Amsterdam) en Lieke (regiodirecteur VierTaal Amsterdam) je mee in hun aanpak binnen Amsterdam PO, waarin zij samen met het regulier onderwijs werken aan nieuwe, inclusieve onderwijsvormen – zoals de opstart van HUB’s (groepen 1 t/m 4 SO binnen het regulier onderwijs) én medium voorzieningen in de wijken van VierTaal in Amsterdam. Tijdens de sessie deelt VierTaal Amsterdam haar visie, gaan we in gesprek over wat er nodig is voor een duurzame samenwerking, en halen graag input op bij de collega’s vanuit Simea. Laat je inspireren & denk mee aan inclusief onderwijs voor álle kinderen. Deze deelsessie is voor iedereen die inclusie belangrijk vindt en daar samen werk van wil maken.

Inhoud
Tijdens de parallelsessie willen we onze vier speerpunten toelichten, maar ook input ophalen rondom onze speerpunten vanuit de andere SIMEA partners. Op die manier leren we van én met elkaar. De vier speerpunten zijn vanuit het wijkgericht werken:

1. Het opstarten van de HUB in elke wijk van VierTaal in Amsterdam.
2. een medium voorziening starten in elke wijk.
3. De ambulante dienst vast koppelen aan een school én systeem gericht werken.
4. Het Expertisecentrum PO Amsterdam versterkt het regulier onderwijs en biedt (preventief) scholing en coaching op maat.

Toepasbaarheid
Wij zijn op dit moment hard bezig om nieuwe inclusieve settings op te richten voor onze leerling in Amsterdam. Ik denk dat men inspiratie kan opdoen door naar onze lezing te komen én daarbij nieuwe kennis opdoen van hoe wij werken en proberen de gehele wijk mee te nemen. Het kan zeker aanzetten tot discussie intern. Wij hopen daarbij ook nieuwe kennis op te halen van andere, zoals andere good practices én daarbij op te halen wat onze leerlingen nodig hebben en we niet moeten vergeten bij het opstarten van inclusieve vormen van onderwijs (leidende principes voor onze TOS/SH leerling).

Doelgroep
Voor een ieder die openstaat voor inclusie en hier zijn steentje aan wil bijdragen.

Verbinding met thema
In de ban van de tijd is juist erg passend bij onze lezing. We merken dat het regulier onderwijs vaak aangeeft ’te druk’ te zijn waardoor inclusie niet de prioriteit heeft. Er worden vaak redenen genoemd waarom onze leerling niet in het regulier onderwijs zouden kunnen. Ik ben ervan overtuigd dat juist door samen met het regulier onderwijs een nieuwe inclusieve vorm te gaan ontwikkelen, het in het begin tijd zal kosten, maar daarna juist tijd zal opleveren. Aanpakken die wij hanteren binnen onze cluster 2 doelgroep, zijn ook helpend voor andere leerlingen. Op die manier kan het juist ’tijd’ opleveren door aan inclusie te gaan werken.

Sinds kort heb ik het product gepresenteerd binnen Auris en wordt het heel enthousiast ontvangen. Wij denken dat het goed is om een beter publiek te bereiken, zodat nog maar mensen gebruik kunnen maken van dit product. De Eigen Wijzer is een innovatief hulpmiddel voor in de begeleiding van kinderen met een TOS (psycho-educatie). De Eigen Wijzer bestaat uit een set gesprekskaartjes en een online programma. Door a.d.h.v. deze onderdelen in gesprek te gaan met het kind, ontwikkel je samen een visueel communicatiepaspoort dat de kinderen helpt om hun behoeften en gevoelens beter te uiten. Dit product ondersteunt leerkrachten en andere betrokkenen in het creëren van een begrijpelijke en afgestemde omgeving, waardoor kinderen met TOS makkelijker kunnen communiceren en deelnemen aan gesprekken of sociale- en klassikale situaties. Het unieke aan het product is dat het gevisualeerd wordt d.m.v. simpele en herkenbare tekeningen.

Inhoud
In de parallelsessie zal ik geïnteresseerden informeren over de Eigenwijzer. Het doel is dat er meer mensen bekend worden met de Eigenwijzer en we ook kritische vragen kunnen ophalen om het product verder door te ontwikkelen. Het is dus nog geen afgerond product.

Toepasbaarheid
Na de parallelsessie kunnen de geïnteresseerde gebruik maken van het product als ze mij een berichtje sturen. Op dit moment is het product nog in ontwikkeling en weten we nog niet zeker of we de huidige versie of een nieuwe professionelere versie kunnen presenteren. Als het eerste het geval is, kunnen mensen aan de slag met de versie die we nu hebben.

Doelgroep
Het is fijn als mensen kennis hebben van de doelgroep TOS. Het is ook al in te zetten bij de doelgroep doof/SH, maar die versie is nog in ontwikkeling. Nu wordt het vooral nog ambulant ingezet, dus voor de mensen die ambulante 1 op 1 met een leerling werken. Wel is het ook al mogelijk om het klassikaal in te zetten met wat aanpassingen, dit is ook nog in ontwikkeling.
Kortom: mensen die werken met leerlingen met een TOS in het onderwijs 1 op 1. Wel zou ik graag een breder publiek ontvangen, omdat we denken dat het ook toepasbaar is in de zorg, klassikaal of leerlingen met die doof/SH zijn.

Verbinding met thema
Het product heeft raakvlakken met:
– Hoe is het nu om op te groeien met een TOS of doof/SH
– Hoeveel tijd heb je nog als professional voor een contact moment?
– Doordat het een kant en klaar product is, scheelt het tijd om iets uit te moeten zoeken, zelf te moeten tekenen etc.

Het Simea team schoolaudiologie heeft op het vorig congres veel informatie opgehaald en behoeften geïnventariseerd. Nu is het tijd om de klokken gelijk te zetten: hoe gaan we gelijkwaardig kennis over en de betekenis van een gehoorverlies, invloed van akoestiek, hoorhulpmiddelen, ect, delen? Dit gaat over kennis delen tussen audiologisch centrum, ouders en school. En ook hoe we dat gelijkwaardig kunnen doen over alle regio’s.

Inhoud
We bespreken in elk geval deze zes onderwerpen die we eerder hebben opgehaald:
1. Kennis rondom DSH 2. Identiteit 3. Indicatiestelling 4. Gegevensuitwisseling 5. Begeleiding 6. Inclusiviteit

Toepasbaarheid
Voor elk van deze onderwerpen geven wij aan wat wij als team schoolaudiologie kunnen betekenen. In elk geval dat er informatie beschikbaar is, maar ook middelen om de kennis toe te passen in een concrete situatie.
We bespreken met de deelnemers hoe we over praktische zaken landelijk gelijkwaardige afspraken kunnen maken en ook welke zaken we willen voorleggen aan beleidsvoerders op landelijk niveau.

Doelgroep
Leerkrachten, ambulant begeleiders, schoollogopedisten, leidinggevenden in het onderwijs, (school)audiologen

Verbinding met thema
We nemen even de tijd om de klokken gelijk te zetten!

Kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) en dove/slechthorende kinderen kunnen ook moeilijkheden hebben op het vlak van de executieve functies. In samenwerking met Laura Avemarie (LMU) hebben we in de afgelopen jaren een interventie ontwikkeld om de executieve functies te trainen. Deze interventie (HEXE) maakt gebruik van van bewegingsspellen. In een drietal onderzoeken is de effectiviteit van de interventie bij jonge kinderen met TOS (in de vroegbehandeling) en dove en slechthorende kinderen (in het speciaal onderwijs in Duitsland) onderzocht.

Inhoud
In deze lezing gaan we kort in op wat we weten over het executief functioneren van kinderen met TOS en dove/slechthorende kinderen. We bespreken daarbij verschillende mogelijke manieren om met problemen in dit domein om te gaan (dispenseren, compenseren en trainen). Daarnaast worden uitkomsten van het onderzoek gepresenteerd. Hoe hebben we de executieve functies gemeten? Hoe hebben we met de kinderen getraind? En wat kwam er uit het onderzoek? Wat werkte wel en wat werkte niet?
We gaan met jullie in gesprek over praktische toepassingen en wat dit betekent voor de toekomst.

Toepasbaarheid
In deze sessie kom je meer te weten over verschillende manieren om executieve problemen te signaleren en hoe je kinderen met problemen op dit gebied praktisch kunt ondersteunen. We geven voorbeelden van oefeningen en gaan met jullie in gesprek over de praktische toepasbaarheid van verschillende bevindingen uit onderzoek.

Doelgroep
Deze parallelsessie is bedoeld voor professionals en onderzoekers die werken met (jonge) kinderen met gehoorverlies en/of met een TOS.

Verbinding met thema
Hoewel executieve functies misschien anders doen vermoeden, sluiten ze goed aan bij het thema van Partners in Verstaan 2025: ‘in de Ban van de Tijd’. Je kunt executieve functies zien als het kompas tijdens de mentale tijdreizen die mensen steeds maken van het verleden (wat zijn onze herinneringen en ervaringen?) naar het heden (hoe moeten we nu handelen?) en de toekomst (wat willen we bereiken?). We hopen jullie mee te krijgen in deze gedachte.

In de afgelopen 10 jaar kwam een groot aantal nieuwkomers naar Nederland. Hiermee is ook het aantal dove en slechthorende nieuwkomers dat we in de (ZG) zorg en het (cluster 2) onderwijs zien, toegenomen. Een groot deel van deze nieuwkomers heeft lange tijd een taal- en onderwijsaanbod gehad dat onvoldoende toegankelijk voor hen was. Door beperkte taal- en communicatiemogelijkheden in de thuistaal, missen personen met dergelijke taaldeprivatie en/of onderwijsachterstanden een basis waarop zij kunnen voortbouwen bij het leren van NGT en Nederlands. Dit maakt het voor zorg- en onderwijsprofessionals bij (jong)volwassen dove en slechthorende nieuwkomers een enorme uitdaging om te zorgen voor passend aanbod. Binnen Deelkracht is er in samenwerking tussen GGMD en Kentalis juist voor volwassenen een zorgaanbod ontwikkeld.

Inhoud
Een co-presentator zal zelf zijn of haar verhaal vertellen over diens vluchtelingenbestaan en de weg naar zorg. Daarbij laten we zien voor wie en hoe de ZG-zorg nu is ingericht en hoe de doelgroep toegang krijgt tot deze zorg.

Toepasbaarheid
In deze lezing kun je kennis komen halen. Naast de uitleg die wordt gegeven over hoe de ZG-zorg is ingericht, is er ruimte voor reacties en vragen. Ook wordt verwezen naar online informatie voor professionals die meer willen weten.

Doelgroep
De lezing is bedoeld voor zorg- en onderwijsprofessionals uit de ZG-sector die werken met dove en slechthorende nieuwkomers en met professionals uit de asiel- en inburgeringsketen.

Verbinding met thema
Vanwege taal- en communicatiebarrières is het op voorhand vaak niet duidelijk of er bij een (jong)volwassen dove en slechthorende nieuwkomer met een ontwikkelingsachterstand óók sprake is van een verstandelijke beperking. De lezing laat zien dat de factor tijd cruciaal is om hier meer duidelijkheid over te krijgen, en dat het verstrijken van de tijd een aanleiding vormt voor zowel het starten als het begrenzen van de zorg.

Aan deze sessie werken tevens mee: Elly Meijer, Elles Naarden & Peia Prawiro-Atmodjo – Puts

Tijd voor de wereld van dove en slechthorende jongeren

De afgelopen tijd zijn er binnen Deelkracht drie DSH belevingsworkshops doorontwikkeld: een workshop voor professionals, een workshop voor ouders en een workshop voor kinderen/jongeren. Binnen de doorontwikkeling stonden de volgende punten centraal:
– Het toevoegen van oefeningen rondom visuele communicatie
– Het oefenen met tips van deelnemers die tijdens de workshop naar voren komen
– Het ontwikkelen van oefeningen voor het VO/MBO (leerlingen en betrokken professionals)

In de workshop van vandaag richten wij ons op dat laatste punt: Het ontwikkelen van oefeningen voor het VO/MBO. Er was al lange tijd vraag naar geschikte oefeningen voor deze doelgroep. De bestaande oefeningen waren voor deze doelgroep ontoereikend.

Inhoud
We richten ons in deze workshop op de ervaringsoefeningen die ontwikkeld zijn voor VO/MBO. Deze kunnen bijvoorbeeld worden ingezet in klassen met een DSH jongere, of binnen docententeams of begeleidingsteams. Er worden tijdens deze workshop een aantal oefeningen aangeboden die speciaal voor de doelgroep VO/MBO ontwikkeld zijn. Aan de hand van de oefeningen maak je kennis met het product. We nemen je mee in de ontwikkeling van de oefeningen en delen onze ervaringen met de oefeningen.

Toepasbaarheid
De workshop van vandaag geeft je een inkijkje in oefeningen voor het VO/MBO uit de belevingsworkshops voor professionals en jongeren. Voor een volledige ervaring volg je de DSH belevingsworkshop voor professionals. Meer informatie over de oefeningen van vandaag, over de andere belevingsoefeningen en het mogen gebruiken ervan krijg je tijdens de workshop.

Doelgroep
Professionals uit het VO/MBO die DSH leerlingen/jongeren begeleiden.

Verbinding met thema
Iedere levensfase van een DSH kind vraagt om specifieke begeleiding en vraagt andere ondersteuning. Daarom is het belangrijk om voor een jongere en zijn omgeving specifieke ervaringsoefeningen aan te kunnen bieden. Oefeningen die aansluiten bij de activiteiten en vaardigheden van die jongere, dus bij de fase waarin de jongere zit. Middels de ervaringsoefeningen krijgen professionals of klasgenoten in korte tijd een waardevol kijkje in de wereld van dove en slechthorende jongeren. Vanuit deze ervaringen komen zij meteen tot concrete ideeën over het toegankelijk maken van de communicatie.

Op het Spraaktaalcentrum Amsterdamse Poort (STAP) worden diagnostiek en behandeling van kinderen met (een vermoeden van) TOS samengebracht met onderzoek, onderwijs en innovatie. In dit nieuwe centrum in Amsterdam Zuidoost vindt naast reguliere AC-spraaktaaldiagnostiek en ZG-Vroegbehandeling ook behandeling vanuit twee eerstelijns logopediepraktijken plaats en worden er studenten van de opleiding logopedie van de Hogeschool Utrecht opgeleid. Het STAP is een proeftuin waar nieuwe methoden voor diagnostiek of behandeling ontwikkeld en uitgeprobeerd kunnen worden om de zorgketen voor jonge kinderen met (een vermoeden van) TOS te verbeteren.

Inhoud
In deze lezing vertellen we over de samenwerking en de twee eerste pilots op het STAP.
1. In de MDO-pilot onderzoeken we de waarde van een wekelijks live overleg waarin zowel eerstelijns logopedisten als gedragswetenschappers, logopedisten en linguïsten van het AC casuïstiek bespreken. Uit de eerste resultaten blijken meerdere voordelen, zoals tijdswinst, een snelle multidisciplinaire blik voor de eerstelijns logopedist, meer zicht op de het gezin en de buurt voor de AC-professionals, en duidelijker vervolgbeleid.
2. In de pilot dynamische diagnostiek onderzoeken we de bruikbaarheid van een observatielijst en een woordleertaak om de taalleerbaarheid van een meertalig kind in kaart te brengen. Nu wordt vaak gekeken naar de groei in taalscores over een periode van 3 of 6 maanden voor een diagnose of doorverwijzing. We onderzoeken of de observatielijst en de woordleertaak van toegevoegde waarde zijn om kinderen sneller te kunnen doorverwijzen.

Toepasbaarheid
Deelnemers maken kennis met het STAP en doen nieuwe ideeën op over hoe samenwerking in de ketenzorg voor kinderen met TOS eruit kan zien.

Doelgroep
Deelnemers maken kennis met het STAP en doen nieuwe ideeën op over hoe samenwerking in de ketenzorg voor kinderen met TOS eruit kan zien.

Verbinding met thema
Het doel van het STAP is om innovatieve en efficiënte zorg te leveren, in de ban van deze tijd.

Deze sessie is geannuleerd

Uit de literatuur komt naar voren dat kinderen met taalontwikkelingsstoornissen (TOS) en fonologische productieproblemen later risico lopen op lees- en spellingsproblemen. Over de tijd heen zijn er behandelvormen geoptimaliseerd om de spraak- en taalontwikkeling van kinderen te verbeteren. Voorbeelden hiervan zijn de implementatie van Handreiking Spraakontwikkeling 0-5 jaar en een speciale fonologiegerichte TOS-behandelgroep van de NSDSK, waarin ook aan vroege geletterdheid wordt gewerkt. In deze lezing gaan we in op wat we weten over de vroege behandeling van spraakproductieproblemen en de latere leesontwikkeling.

Inhoud
We bespreken de bevindingen van een aantal relevante meta-analyses over kinderen met spraakproductieproblemen. Daarna gaan we in op het onderzoek dat de NSDSK heeft uitgevoerd. We onderzochten wat de invloed is van de speciale fonologiegerichte behandelgroep op latere leesvaardigheden, in vergelijking met de algemene TOS-behandelgroep. Uiteindelijk verbinden we de resultaten aan de Nederlandse ontwikkelingen in de behandeling van spraakproductieproblemen en de ondersteuning van leesproblemen.

Toepasbaarheid
Door deze lezing is het publiek op de hoogte van de huidige stand van zaken in de wetenschappelijke literatuur en het onderzoek naar spraak- en leesvaardigheid dat bij de NSDSK werd uitgevoerd. De lezing biedt nieuwe inzichten maar ook vooral een stimulans om gebruik te maken van de huidige methodes in de spraakbehandeling.

Doelgroep
De lezing is bedoeld voor zorg- en onderwijsprofessionals voor jonge kinderen met TOS. Voorkennis is niet vereist.

Verbinding met thema
‘Tijd’ speelt een belangrijke rol in deze lezing. Hoe ontwikkelt een kind met TOS zich wat betreft de fonologie en leesvaardigheid? Reis met ons mee door de tijd vanaf het moment dat kinderen als peuter op de behandelgroep zitten tot de tijd dat ze als basisschoolleerling aan het lezen zijn.

‘Met Taal Onderweg’ is een nieuw ouderprogramma dat ontwikkeld wordt binnen het Deelkrachtproject Taalstimulering Thuis. Het programma zal binnen de verschillende ZG-organisaties het Hanen-ouderprogramma gaan vervangen. Tijdens deze interactieve lezing maak je kennis met ‘Met Taal Onderweg’: we nemen je mee in de onderliggende visie, laten je enkele onderdelen zélf ervaren en geven alvast een voorproefje van de bijbehorende materialen.

Inhoud
In het ouderprogramma ‘Met Taal Onderweg’ leren ouders technieken om de taalontwikkeling van hun jonge kind met (een vermoeden van) TOS in de dagelijkse communicatie te stimuleren. Wat dit programma bijzonder maakt, is de mogelijkheid tot maatwerk: het sluit aan bij de behoeften van verschillende gezinnen, waardoor we een bredere groep ouders kunnen bereiken dan met bestaande programma’s. In de lezing ontdek je hoe het programma eruit komt te zien, wat het programma precies inhoudt en welke sporen je kan volgen. Bovendien laten we je zelf enkele elementen ervaren, zodat je een goed idee krijgt van de werkwijze en kracht van dit programma.

Toepasbaarheid
Na het volgen van deze lezing ben je goed op de hoogte van de inhoud van ‘Met Taal Onderweg’. Hét ouderprogramma van de toekomst!

Doelgroep
Deze lezing is interessant voor iedereen die nieuwsgierig is naar het nieuwe ouderprogramma en alvast een goed beeld wil krijgen van wat ‘Met Taal Onderweg’ te bieden heeft.

Verbinding met thema
Tijd is kostbaar, zeker als het gaat om de taalontwikkeling van jonge kinderen met TOS. ‘Met Taal Onderweg’ geeft ouders tools om gewone dagelijkse momenten te benutten om de taalontwikkeling te stimuleren, zonder dat dit de natuurlijke communicatie in de weg staat.

De zorg die we bieden aan D/SH kinderen en hun gezinnen reikt verder dan alleen de ontwikkeling van het kind met gehoorverlies. Gezinsbegeleiders komen al heel vroeg bij de gezinnen thuis en begeleiden de gezinnen in alles wat met het gehoorverlies te maken heeft. Heel vaak zijn er ook broertjes en zusjes (brusjes) in de gezinnen, die niet altijd zelf doof of slechthorend zijn. De NSDSK stelde twee speerpunten op voor deze kinderen: 1. het vergroten van kennis rondom doof- en slechthorendheid van de brusjes. 2. vaardigheden aanleren rondom communicatie en interactie met het D/SH brusje. Als zorgproduct werd door een multidisciplinair team van de NSDSK het familiespel ‘Een en al oor’ ontwikkeld om spelenderwijs met de brusjes aan deze speerpunten te werken.

Inhoud
In deze sessie laten we graag zorgprofessionals en andere medewerkers die werkzaam zijn met D/SH kinderen en hun gezinnen kennis maken met het familiespel. We vertellen:
– wat er al bekend is over de brusjes vanuit wetenschappelijk onderzoek
– over de aanleiding van het spel
– hoe de categorieën gebaren, stellingen, kennis en ervaren het spel vormen
De zorgprofessionals en kinderen zelf komen aan het woord over hun ervaringen met het spel in de praktijk. Daarnaast spelen we natuurlijk samen het spel en fantaseren we over de inzet van het spel in de hele sector.

Toepasbaarheid
Na deze sessie ken je het familiespel ‘een en al oor’ en weet je meer over de brusjes van dove/slechthorende kinderen en waarom het belangrijk is hen in de zorg rondom hun D/SH brusje mee te nemen. Je doet inspiratie op om de brusjes (en andere familieleden) spelenderwijs te betrekken bij de behandeling en zo hun kennis rondom doof- en slechthorendheid en hun vaardigheden in de communicatie te vergroten. Deze kennis en vaardigheden kan je de volgende werkdag meenemen naar jouw organisatie en de gezinnen.

Doelgroep
Deze sessie is bedoeld voor zorgprofessionals die met gezinnen met een doof of slechthorend kind werken. Daarnaast is het interessant voor iedereen die bijdraagt aan de vormgeving van deze zorg. Zowel nieuwkomers als ervaren medewerkers kunnen hier nieuwe informatie en vaardigheden ophalen.

Verbinding met thema
In gezinnen met een doof of slechthorend kind draait het vaak om de zorg voor het kind met gehoorverlies. Ouders en hulpverleners raken al snel in de ban van tijd: er zijn veel afspraken, beslissingen en aandachtspunten die om prioriteit vragen. In die drukte is het begrijpelijk dat broertjes en zusjes – de brusjes – soms minder centraal staan.
Toch is juist hun betrokkenheid van grote waarde. Door ook ruimte te maken voor hun vragen, gevoelens en rol binnen het gezin, zorgen we dat we hen betrekken bij de situatie en ook voor hen ‘een en al oor’ zijn. Dat kan spelenderwijs met het familiespel ‘een en al oor’. In de ban van elkaar in plaats van in de ban van tijd.

We leven in een talige wereld, die steeds sneller draait. In deze wereld is tijd kostbaar. Volwassenen met TOS hebben meer tijd nodig om taal te verwerken, maar ze krijgen die tijd vaak niet. Tijdens deze workshop willen we aandacht vragen voor deze uitdaging.

Inhoud
We presenteren de resultaten van twee interessante projecten: TOSKoploper en participatie in het arbeidsproces – TOS (ParTOS).
Bij TOSKoploper delen we ervaringen van volwassenen met TOS over het leven in de huidige maatschappij. Hoe ervaren zij het om mee te doen in een samenleving die hen vaak niet de tijd en ruimte geeft die ze nodig hebben?
Bij ParTOS delen we ervaringen van mensen met TOS en collega’s/leidinggevenden over het zoeken naar werk, het hebben en behouden van werk en het verliezen van werk.
Door ervaringen uit te spelen in een interactief theater, maken we de ervaringen zichtbaarder en voelbaarder.

Toepasbaarheid
Door beter begrip en bewustzijn te creëren, kunnen we samen werken aan een samenleving waarin iedereen de tijd krijgt die hij of zij nodig heeft.

Doelgroep
De inzichten en ervaringen die we delen, zijn niet alleen relevant voor professionals die werken met mensen met TOS, maar ook voor beleidsmakers, werkgevers en iedereen die geïnteresseerd is in inclusie en diversiteit.

Verbinding met thema
We laten zien hoe tijd (of tijdsdruk) een cruciale factor is voor volwassenen met TOS en hoe de huidige maatschappij hun leven beïnvloedt. Door deze verhalen en inzichten te delen, willen we een inclusievere toekomst bevorderen.

Jonge dove en slechthorende (DSH) kinderen laten vaker een achterstand in theory of mind (ToM) ontwikkeling zien. Aangenomen wordt dat deze ontwikkeling gestimuleerd kan worden door (meer) te praten/gebaren over gedachten, intenties en gevoelens (ToM-taal). Voor veel ouders gaat dit niet vanzelf. De oudercursus Taal voor ToM biedt ouders handvatten om in dagelijkse interactie met hun kind meer ToM-taal te gebruiken. De cursus is bedoeld voor ouders van DSH kinderen tussen 2,5 en 5 jaar oud. In het onderzoek richten wij ons op twee vragen: Gaan ouders meer ToM-taal gebruiken na het volgen van de cursus? En zien we dat dit de ToM-ontwikkeling stimuleert? Hiervoor hebben we data verzameld bij 45 gezinnen die de oudercursus gevolgd hebben en bij 22 gezinnen die de oudercursus níet gevolgd hebben. De verschillen tussen deze groepen kunnen ons veel vertellen over de werkzaamheid van de cursus.

Inhoud
In deze lezing wordt verteld wat de cursus inhoudt en hoe het onderzoek eruitziet. Ook worden uitkomsten van het onderzoek gedeeld.

Toepasbaarheid
Na deze lezing weet je wat oudercursus inhoudt. Je weet ook of ouders die de cursus hebben gevolgd meer ToM-taal zijn gaan gebruiken tijdens activiteiten met hun kind en of dit de ToM ontwikkeling van hun kind ten goede is gekomen. Je hebt kennis opgedaan over hoe effectiviteitsonderzoek gedaan wordt.

Doelgroep
Deze lezing is bedoeld voor iedereen die met jonge DSH kinderen werkt of interesse heeft in een oudercursus gericht op ToM. Er is geen specifieke voorkennis vereist.

Verbinding met thema
Het onderzoek is een langlopend onderzoek waarbij we metingen op verschillende momenten in de tijd hebben gedaan, om zo ontwikkeling bij zowel ouders als kinderen door de tijd heen inzichtelijk te maken. De oudercursus is bedoeld om de ontwikkeling ook na afloop van de cursus te blijven stimuleren en de kinderen te ondersteunen een mooie toekomst tegemoet te gaan.

Voor peuters en kleuters met een communicatief meervoudige beperking (CMB) is het moeilijk om een behandeling te ontwikkelen die aansluit bij de sterke en zwakke punten van elk kind met CMB. Daarom is binnen Kentalis ‘Communiceren met BOB’ (CBOB) ontwikkeld en geïmplementeerd op de 24 groepen van de vroegbehandeling.

Na 5 jaar ‘Communiceren met BOB’ is het tijd voor een evaluatie. Hoe is de methode geïmplementeerd en welke behoeften hebben de zorgverleners en ouders van Kentalis om Communiceren met BOB te verbeteren? En wat kunnen we zeggen over de effectiviteit van Communiceren met BOB gemeten met de communicatiematrix?

Inhoud
We geven de deelnemers een inkijkje in de uitvoering van ‘Communiceren met BOB’ bij de vroegbehandeling van Kentalis, delen de belangrijkste behoeftes van zorgprofessionals en ouders en gaan in op het (voorzichtige) effect van ‘Communiceren met BOB’. Welk verschil zien we na 12 weken intensieve behandeling?

Toepasbaarheid
• Raak geïnspireerd door ‘Communiceren met BOB’.
• Krijg meer inzicht in wat zorgprofessionals en ouders graag doorontwikkeld zien in de behandeling van peuters en kleuters met CMB.

Doelgroep
• De lezing is bedoeld voor belangstellenden die meer willen leren over een vroege interventie voor peuters en kleuters met CMB.
• Er is geen voorkennis of ervaringsniveau vereist.

Verbinding met thema
Welk verschil maakt behandeling en tijd? We kijken naar het verschil op de communicatiematrix bij 24 peuters en kleuters met CMB na 12 weken behandeling via ‘Communiceren met BOB’ ?

Werk jij met DSH nieuwkomers in onderwijs? Dan is deze workshop iets voor jou!

Er zijn helaas heel weinig lesmethodes voor dove en slechthorende nieuwkomers. Bestaande methodes kunnen wel als springplank worden gebruikt, om goede lessen van te maken. Professionals uit het onderwijs moeten bestaande lesmethodes dus aanpassen voor DSH nieuwkomers. Dat vraagt moed, tijd, vakmanschap en creativiteit. Het vraagt om onderwijsontwerpers. Professionals moeten weten hoe goed onderwijs er voor deze leerlingen uitziet. En wat dove/slechthorende nieuwkomers nodig hebben bij het leren. In dit project is er een hoofdstuk ontwikkeld (binnen de module ‘De DSH Nieuwkomer in onderwijs’) met didactische handvatten/pedagogische uitgangspunten. Er is een ‘kast’ met bruikbare en/of inspirerende lesmaterialen beschikbaar.

Inhoud
Professionals die werken met DSH leerlingen, hebben vragen zoals:
• Hoe help ik Ivan, een Oekraïense kleuter, bij het aanleren van alle gebaren die hij in de klas tegenkomt?
• Hoe kan Asma, een 11 jarig meisje uit Syrië, leren hoe kinderen in Nederland met elkaar omgaan?
• Hoe help ik de Afrikaanse Loa van 9 met begrijpend lezen?
• Hoe kan de Oekraïense Aleksandr de vaktaal leren die hij op het VMBO nodig heeft?

Om deze vragen te beantwoorden is een uitgebreid hoofdstuk over onderwijs aan DSH nieuwkomers (hoofdstuk 6) toegevoegd aan de module. In dit hoofdstuk vind je leerlijnen, suggesties voor de inhoud van de lessen, materialen (zoals methodes, methodieken en bruikbare websites). Er staan handvatten in om Ivan, Asma, Loa en Aleksandr verder te helpen in hun ontwikkeling. Er ligt geen vastomlijnde methode voor hen, daarvoor is de doelgroep te uiteenlopend.

Toepasbaarheid
Tijdens deze presentatie wordt een overzicht gegeven van de beschikbare kennis rondom het onderwijs aan (DSH) nieuwkomers(met inzichten uit het NT2 onderwijs, DSH onderwijs, onderwijs voor laaggeletterden en de nieuwe visies op taalonderwijs). Er wordt besproken welke aanpakken voor DSH nieuwkomers kansrijk zijn. Daarbij staan de volgende vragen centraal:

• Doen we het goede en doen we het goede goed?
• Worden we niet beperkt tot de aanbodmythe?
• Maken we misschien keuzes vanwege de ‘curse of the familair’?
• Kennen we de effecten van onze aanpakken en methodes eigenlijk wel?

Doelgroep
Voor professionals die werken met DSH nieuwkomers in onderwijs.

Verbinding met thema
Nederland kent veel nieuwkomers. Horende nieuwkomers kunnen vaak in 4-5 jaar aansluiten bij de leerlijnen van het onderwijs in Nederland. Voor DSH nieuwkomers vormt dat een grote uitdaging. Zij komen soms zonder onderwijs gevolgd te hebben of taal tot hun beschikking te hebben het onderwijs binnen. Er zijn ook DSH nieuwkomers die juist met een rijke (gebaren)taal en veel onderwijservaring binnenkomen. De verschillen tussen DSH nieuwkomers onderling zijn dus groot. Onderwijs aan deze doelgroep vraagt om een specialistische aanpak.

In ons onderzoek ‘Kijk je mee?’, hebben we gekeken naar het effect van video-home training (VHT) op de interactie tussen ouders en hun DSH baby (0-6 mnd) bij aanvang van de Vroegbehandeling.
Het werken met stap-voor -stap beelden (micro-analyse) stelt ouders in staat om zelf te ontdekken hoe hun DSH kind de wereld om zich heen verkent, hoe het afstemt en wat het nodig heeft om mee te doen en zich te ontwikkelen. Denk hierbij aan afstemmen, zichtbaar en tastbaar contact, beurtwisseling en voorspelbaarheid. In ons onderzoek keken we naar het effect van VHT op de sensitiviteit, intrusiviteit, wederkerigheid en zelfvertrouwen van ouders in hun opvoedvaardigheden.
Het starten met VHT bij aanvang van de Vroegbehandeling richt de ouder op het eigen kind, geeft ouders een start vanuit vertrouwen op en verbinding met het kind en het eigen kunnen.

Inhoud
In deze lezing willen we aan de hand van casuïstiek een inkijkje geven hoe VHT is ingezet bij de start van de Vroegbehandeling om ouders te ondersteunen in het proces van afstemmen op hun DSH baby en bij te dragen aan zijn/haar ontwikkeling.
Het vertragen van beeld, de stap-voor-stap analyse van de interactie, geeft ouders de kans om te ontdekken wat werkt in de communicatie met hun kind.
We delen tijdens deze casuïstiek opbrengsten van het wetenschappelijk onderzoek Kijk je mee? en een sneak preview van het product dat voortkomt uit dit onderzoek.

Toepasbaarheid
De lezing geeft een nieuwe kijk op de start van de Vroegbehandeling middels werken met beelden van de ouderkind interactie.
De focus verschuift van de beperking naar het gezonde kind dat actief de wereld om zich heen verkent. Ouders leren gaandeweg afstemmen op de zintuigen die het kind hierbij gebruikt en ontdekken aanpassingen die zij zelf (kunnen) inzetten en die hun kind verder helpen in de communicatie.

Doelgroep
De lezing is interessant voor iedereen die werkzaam is in de Vroegbehandeling DSH en geschikt voor zowel behandelaren als managers met interesse voor de inhoud

Verbinding met thema
Communicatie en wederkerigheid is de basis waarop wij ons ontwikkelen. Communicatie is dan ook van iedereen, we zijn er allemaal dagelijks mee bezig en hebben er allemaal im-, en expliciete kennis over.
Communicatie kenmerkt zich vaak door de snelheid en de vluchtigheid. Door deze vast te leggen op beeld omzeilen we die vluchtigheid. Hierdoor zijn we in staat om vertraagd te kijken naar interactie en in staat om te ontdekken welke elementen en patronen helpend zijn voor de communicatie.
Dat geldt zowel voor de professional als voor de ouder en leidt tot een gelijkwaardige samenwerking gericht op de ontwikkeling van zowel het kind als de ouder.

Professionals worstelen steeds meer met tijdmanagement in onze digitale wereld. Onderzoek toont aan dat één onderbreking tot 23 minuten concentratieverlies kan leiden, terwijl het “Mere Urgency Effect” ons naar urgente maar onbelangrijke taken trekt. Dit leidt tot stress en verminderde productiviteit, juist nu complexe kennistaken meer focus vereisen.

Inhoud
Deze workshop presenteert een praktisch stappenplan voor effectief tijdmanagement, gebaseerd op mijn boek. Ik behandel vier kernonderdelen: plannen en prioriteren, focustechnieken, en energiemanagement. Deelnemers analyseren hun werkgewoonten en proberen direct toepasbare technieken uit.

Toepasbaarheid
Deelnemers krijgen concrete tools om digitale afleidingen te beheersen, leren hun energie te optimaliseren volgens hun persoonlijk chronotype, en kunnen uitstelgedrag aanpakken. De methoden zijn direct implementeerbaar in de dagelijkse praktijk en nodigen uit tot experimenteren met verschillende strategieën. De workshop stimuleert ook discussie over organisatiecultuur en communicatiepatronen.

Doelgroep
De workshop richt zich op professionals die worstelen met tijdmanagement: (young) professionals die werken in een dynamische omgeving met onverwachte ad-hoc taken, zoals in de zorg, het onderwijs of projectmanagement. De inhoud is toegankelijk voor
beginners maar biedt ook verdieping voor mensen met basiskennis van tijdmanagement. Kritische zelfreflectie is vereist.

Verbinding met thema
Waar “In de Ban van Tijd” suggereert dat we gevangen zitten in tijdsdruk, biedt deze workshop handvatten om deze relatie te transformeren naar “grip hebben op tijd”. Ik verken hoe we in de ban zijn geraakt van constante bereikbaarheid en hoe we dit kunnen doorbreken door bewuster met tijd én energie om te gaan.

Large Language Models (LLM’s), zoals ChatGPT, kunnen een krachtige assistent zijn in je dagelijkse werk—mits je weet hoe je ze effectief inzet. Hoe kun je deze tool inzetten om je werk efficiënter, makkelijker en sneller te doen? Hoe formuleer je een prompt zodat je precies het antwoord krijgt dat je nodig hebt? In deze workshop leer je stap voor stap hoe je LLM’s doelgericht kunt sturen met de PREPARE-methode.
We richten ons niet op AI in algemeen, maar specifiek op hoe jij LLM’s kunt gebruiken om je werk te ondersteunen: van het maken van educatief materiaal, het herschrijven van teksten in een andere stijl of taalniveau, maken van samenvattingen tot het optimaliseren van teksten en communicatie.

Inhoud
We doorlopen de PREPARE-methode, een gestructureerde aanpak om beter te prompten:
• Prompt
• Rol of personage
• Expliciet
• Parameters
• Ask
• Rate
• Emoties

Aan de slag!
Tijdens de workshop werken we de prompt uit op papier, zodat je bewust nadenkt over de opbouw van je prompt. Vervolgens testen we de prompts online en analyseren we samen de resultaten. Je werkt in groepjes aan praktische opdrachten, die je na het congres direct in je werk kunt inzetten. Je wordt tijdens de workshop ondersteund en begeleid door een groep collega’s vanuit alle sectorpartners, die veel ervaring hebben met LLM.

Toepasbaarheid
Deze workshop is voor iedereen die efficiënter en slimmer wil werken met AI. Of je nu lesmateriaal ontwikkelt, rapporten schrijft of teksten wilt optimaliseren—de PREPARE-methode helpt je om het maximale uit ChatGPT te halen.

Doe mee en krijg grip op AI, in plaats van andersom! 🚀

Doelgroep
Voor elke professional die large language models wil inzetten voor zijn / haar werk.
We gaan niet in op wat een LLM is en wat de de knelpunten en kansen zijn van AI. Dus enige voorkennis is wenselijk.

Verbinding met thema
We worden niet overgenomen door AI, maar we gaan op termijn wel overgenomen worden door collega’s die AI optimaal inzetten. Het is daarom van belang deze technologie zo goed mogelijk voor je eigen werk in te zetten. Dan kan je werk makkelijker, sneller en soms efficiënter gedaan worden. Met deze workshop leer je waar je op moet letten om in onder andere ChatGPT een goede pompt te schrijven. Een prompt, die voor jou het beste resultaat oplevert.

Toen wij als dialoogprofessionals bij Auris de uitnodiging voor het congres “In de ban van tijd” van Partners in Verstaan zagen, wisten we meteen: dialoog sluit hier naadloos op aan. Tijd nemen, luisteren, gezamenlijke wijsheid benutten en verdieping zoeken—dat is precies waar dialoog om draait.
Maar hoe inspireer je mensen om écht in dialoog te gaan? Door het te ervaren! Daarom bieden wij, in samenwerking met de congrescommissie, een dialoog aan rond een onderwerp dat inhoudelijk aansluit bij het centrale congresthema. Wij verzorgen de opzet en begeleiding van een betekenisvol gesprek waarin deelnemers zich gehoord voelen en met concrete inzichten naar huis gaan. Voor deze sessie is 2 uur nodig, bij voorkeur als masterclass (of avondprogramma). We denken aan maximaal 4 tafels met in totaal 32 deelnemers.

Inhoud
We organiseren een dialoog volgens de methode van Waarderend Onderzoeken, aan de hand van zorgvuldig gekozen vragen. Dit is een benadering die uitgaat van positieve ervaringen in de praktijk, en die gebruikt als vertrekpunt voor verandering en vernieuwing. De input wordt verzameld en verwerkt tot een verslag voor de deelnemers en congresorganisatie. Auris heeft ruime ervaring met organisatiebrede dialogen en teamdialogen, groot en klein.

Toepasbaarheid
Deelnemers ervaren hoe rust, aandacht luisteren en reflectie leiden tot nieuwe inzichten en concrete acties. Wat roept het thema op? Hoe ziet het ideaal eruit? Wat kan ik morgen doen? De kracht van collectieve wijsheid wordt voelbaar. Onderlinge verbinding en gehoord worden zijn vaak genoemde reacties.

Doelgroep
De sessie is toegankelijk voor iedereen. Diversiteit aan tafel verrijkt het gesprek. Voor DSH-deelnemers kunnen we een tafel in NGT organiseren.

Verbinding met thema
Door tijd te nemen voor dialoog, ervaar je wat onthaasten en écht luisteren doet met je creativiteit en beeldvorming. Tijd wordt zo een bron van verdieping en vernieuwing.

Deze Masterclass is geannuleerd

De sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen met een auditieve beperking verloopt vaak anders dan bij goedhorende kinderen. Een vertraging in de ontwikkeling van de Theory of Mind, waarschijnlijk op basis van tekorten in het ‘sociaal leren’, lijkt een belangrijk aspect in de verklaring hiervan. Anke van der Meijde (GZ-psycholoog) en Evelie Wesselink (logopedist/gezinsbegeleider) hebben een compleet therapeutisch behandelaanbod ontwikkeld voor kinderen met een auditieve beperking in de leeftijdsgroepen van het primair onderwijs. Dit is beschikbaar in boekvorm. Professionals kunnen op deze wijze bijdragen aan de ondersteuning van de sociaal-emotionele ontwikkeling en daardoor het welbevinden van deze kinderen vergroten.

Inhoud
In de masterclass geven de auteurs een toelichting op het concept ‘Theory of Mind’ en bespreken zij de achterliggende aspecten van de ToM-training. Door oefeningen en beeldmateriaal gaan jullie ervaren op welke manier jullie de vertaalslag kunnen maken naar de praktijk. Jullie worden bewust van de momenten waarbij een beroep wordt gedaan op de ToM-vaardigheden in dagelijkse situaties. De trainers laten jullie zien en ervaren welke bouwstenen van belang zijn en op welke wijze deze worden getraind. Hierbij worden enkele bouwstenen van de ToM ontwikkeling verder uitgelicht. Theorie en praktijk gaan hand in hand tijdens deze masterclass.

Toepasbaarheid
Tijdens de lezing worden de deelnemers zich bewust van de verschillende elementen in de ToM-ontwikkeling. De sprekers hebben de intentie dat de deelnemers nieuwe kennis opdoen, ervaren en inspiratie krijgen. De praktische informatie is direct toepasbaar in de dagelijkse praktijk in contact, begeleiding en behandeling van kinderen en hun ouders.
Daarnaast hopen ze deelnemers te inspireren om bij nieuwe ideeën te kijken naar de mogelijkheden die er binnen je organisatie zijn, om op deze manier bij te dragen aan de ontwikkeling van onze cliënten.

Doelgroep
Gedragswetenschappers, pedagogisch medewerkers, logopedisten, gezinsbegeleiders, ambulant begeleiders, leerkrachten, audiologen, maatschappelijk werkers, ouders, en andere professionals die een relatie hebben tot de doelgroep kinderen met een auditieve beperking.
Kennisniveau: breed inzetbaar. Er wordt gestart met een basis van waaruit we een verdieping maken.

Verbinding met thema
Het sociaal-emotioneel functioneren van deze kinderen staat momenteel volop in de belangstelling; onderzoek en literatuur laten zien hoe belangrijk het is om hier vroeg in de begeleiding aandacht aan te besteden. De afgelopen jaren hebben wij, Anke en Evelie, verschillende stappen gezet en processen doorlopen om te komen tot een compleet behandelaanbod ToM voor het primair onderwijs. Inmiddels zijn we de Nederlandstalige grenzen overgegaan en is er een eerste vertaling uitgekomen.
Terugkijkend zien we dat de stappen van deze ontwikkeling gelijk op lopen met de stappen die een kind doormaakt in zijn of haar ToM ontwikkeling. Vanuit jezelf naar de ander. Onze gevoelens, gedachten en intenties hebben geleid tot een behandelaanbod waarbij we kunnen bijdragen aan de sociaal emotionele groei van het kind.

In de audiologie zijn we gewend om gehoor te benaderen als iets technisch – een probleem van de oren, meetbaar in decibels. Maar gehoor is méér dan alleen het registreren van geluid. Het is een diep menselijke ervaring. Geluid raakt ons. Het roept herinneringen op, emoties, spanning of juist rust. Sommige mensen horen té veel, anderen horen iets wat er niet is.

Tinnitus, hyperacusis en laagfrequent geluidshinder zijn geen geïsoleerde aandoeningen – ze raken de hele mens. In deze masterclass breken we los uit het traditionele denken over gehoor en verkennen we hoe luisteren verweven is met psychologie, neurologie, zingeving en levenskwaliteit.

Inhoud
Deze sessie biedt een verdiepende blik op de complexiteit van gehoor. We starten bij het oor, maar eindigen bij de mens als geheel. We verkennen:

• Hoe geluid én stilte ons brein beïnvloeden, en waarom dit per persoon verschilt
• Waarom sommige mensen extreem gevoelig zijn voor geluid, terwijl anderen het niet eens opmerken.
  De rol van het brein bij tinnitus en hyperacusis, via het neurofysiologische model van Jastreboff
• Het vrees-vermijdingsmodel, dat laat zien hoe angst de klachten in stand kan houden
• De kracht van Acceptance and Commitment Therapy (ACT): hoe we mensen kunnen begeleiden in het loslaten van strijd en het hervinden van richting
• De metafoor van het glas: niet halfvol of halfleeg, maar misschien gewoon te klein – en hoe we het kunnen vergroten
• De masterclass verweeft theorie, praktijk, interactie en reflectie. Je krijgt concrete casussen, herkenbare voorbeelden en oefeningen die je meteen kunt toepassen.

Toepasbaarheid
Na deze masterclass:

• Begrijp je beter hoe gehoor werkt – technisch én psychologisch
• Kun je complexe klachten als tinnitus, hyperacusis en geluidshinder beter plaatsen
• Heb je handvatten uit ACT om cliënten niet alleen te laten omgaan met hun klachten, maar ook om richting te vinden
• Zie je het belang van luisteren – niet alleen met de oren, maar met aandacht, compassie en nieuwsgierigheid
• Kun je deze inzichten toepassen in de zorg, én in een bredere maatschappelijke context van geluid, communicatie en menselijkheid

Doelgroep
Deze masterclass is bedoeld voor:

• Audiologen, KNO-artsen, audiciens, huisartsen, psychologen, logopedisten, vaktherapeuten, fysiotherapeuten, bedrijfs- en verzekeringsartsen.
• Beleidsmakers, arbeidsdeskundigen en andere professionals die werken met mensen met gehoorklachten.
• Iedereen die de impact van geluid op de mens beter wil begrijpen.
• Het niveau is geschikt voor zowel technische als psychosociale professionals – van beginners in ACT tot ervaren zorgverleners.

Verbinding met thema
We leven in een tijd waarin alles sneller en luider lijkt te gaan. Geluid is overal. Maar in die drukte vergeten we soms wat écht luisteren betekent – niet alleen in de zorg, maar ook in het leven zelf.

Deze masterclass brengt een pleidooi voor vertraging, voor aandacht, voor menselijke verbinding. Door breder te kijken naar gehoor en klachten niet te reduceren tot een medisch probleem, ontstaat ruimte voor groei, veerkracht en betekenis. Elk mens is uniek – als een kunstwerk – en verdient het om gehoord én gezien te worden.

De aanleiding voor deze sessie ligt in de groeiende urgentie om communicatie beter af te stemmen op een samenleving die steeds diverser wordt, niet alleen cultureel, maar ook in ervaringen, achtergronden en perspectieven. In praktijk zien we dat goedbedoelde communicatie vaak nog onvoldoende aansluit bij de leefwereld van gemarginaliseerde groepen, wat leidt tot uitsluiting of misverstanden.
Tegelijkertijd staan professionals steeds vaker voor complexe vraagstukken waarin taal, cultuur, macht en beeldvorming een grote rol spelen. Er is dus behoefte aan meer bewustzijn én praktische handvatten om de communicatie vooral in de zorg radicaal inclusief te maken. Deze workshop beantwoordt die vraag met ruimte voor reflectie, uitwisseling en concrete toepassing.

Inhoud
In deze sessie combineer ik praktijkervaringen met interactieve werkvormen. Ik deel inzichten uit projecten waarin inclusieve communicatie met nieuwkomers en in (super)diverse contexten centraal stond , onder andere binnen het sociaal domein en de gezondheidszorg.
Een belangrijk onderdeel van de sessie is het delen van achtergrondkennis over mensen met een vluchtverleden. Door die context zichtbaar te maken, ontstaat er meer begrip voor hun ervaringen en worden communicatiebarrières sneller doorbroken.

De deelnemers worden actief betrokken via herkenbare casussen, reflectieve vragen en korte oefeningen. Daarbij reik ik tips en handvatten aan voor bewustere, empathischere en effectievere communicatie — voorbij taal alleen.
De sessie is geen klassiek betoog, maar een gezamenlijke verkenning van wat er nodig is om échte ruimte te maken voor meerdere perspectieven in houding, taal én structuur.

Toepasbaarheid
Deelnemers krijgen inzicht in hoe inclusieve communicatie eruitziet in de praktijk, met tools die direct toepasbaar zijn binnen hun eigen organisatie. De sessie zet aan tot reflectie én gesprek over blinde vlekken, aannames en hoe systemen inclusie kunnen versterken of juist beperken. Kortom: praktische handvatten, verruimde perspectieven én aanleiding voor dialoog binnen teams of beleidsstructuren.

Doelgroep
De lezing is bedoeld voor professionals die werkzaam zijn in het sociaal domein, de zorg, het onderwijs en beleid, kortom, iedereen die in hun werk te maken heeft met mensen met diverse culturele achtergronden, zoals nieuwkomers en mensen met een vluchtverleden.

De inhoud is toegankelijk voor zowel beginnende als meer ervaren professionals. Er is geen diepgaande voorkennis nodig, maar affiniteit met inclusie en communicatie in een diverse samenleving is helpend. Door de combinatie van praktijkvoorbeelden, reflectie en toepasbare inzichten is de lezing relevant voor mensen die net in het veld starten én voor degenen die al langer zoeken naar verdieping en verbreding in hun benadering van inclusieve communicatie.

Verbinding met thema
Inclusieve en grenzeloze communicatie vraagt om meer dan het juiste woord op het juiste moment , het vereist ruimte maken voor tempo-, tijds- en referentiekaders die per persoon, cultuur of levensfase kunnen verschillen. Veel systemen waarin professionals werken zijn strak georganiseerd rondom deadlines, gespreksprotocollen en formats, terwijl mensen met een vluchtverleden vaak een ander ritme en verhaal meebrengen.

In deze sessie verkennen we hoe communicatie ‘ontbonden’ kan worden van lineaire tijdsdruk en controle, en juist plaats kan maken voor vertraging, luisteren en betekenisvolle interactie. Daarmee raakt het thema aan hoe we tijd gebruiken als bron van verbinding of als onbedoelde drempel.
Door anders naar tijd te kijken, ontstaat er ruimte voor vertrouwen, meer gelijkwaardige en mensgerichte communicatie.